7.3.2.2 Ergometrie
Door op de toets [ Ergometrie ] te drukken in het hoofdmenu
wordt de ergometriemodus ingeschakeld.
De verschillende inspanningstestprotocollen worden weer-
gegeven (vijf van fabriekswege geconfigureerde, bewerk-
bare protocollen en vijf door de gebruiker te configureren
protocollen).
Alle inspanningstestprotocollen (waaronder de vijf die van
fabriekswege zijn geconfigureerd) kunnen worden bewerkt.
Instellingen
Als u een protocol aanraakt, worden de beschikbare para-
meters weergegeven.
U kunt elke protocolparameter aanpassen met de toets
[ Edit ]. De nieuwe invoer overschrijft de bestaande waarden.
Alle protocollen kunnen tijdens werking worden bewerkt
(met uitzondering van de pc-modus).
Om door de gebruiker geprogrammeerde protocollen op te
slaan, moet u de toets [ Setup ] in het hoofdmenu indruk-
ken (zie hoofdstuk 7.3.2.5 Setup, paragraaf 'Protocollen' op
pagina 42).
In het configuratiemenu kunnen de volgende parameters
worden bewerkt:
• basislast (tussen de 6 en 100 W),
• stadiumtijd (tussen de 1 en 30 min),
• stapverhog. (stapsgewijs, tussen de 1 en 400 W).
ergoselect 12
Ergometrie
WHO
BAL
Hollm
Std Fr
Standard
Protocol 6
Protocol 7
Protocol 8
Protocol 9
Protocol 10
Figuur 7 – 49: Ergometriemenu
Aanduiding
Protocol 6
Type
Stap
Basislast:
30 W
Stadiumtijd:
2 min
Stapverhog.:
25 W
Herstelduur:
2 min
Herstellast:
25 W
Figuur 7 – 50: Inspanningstestprotocol – scherm 1
Aanduiding
Protocol 6
Type
Stap
Basislast
30 W
Stadiumtijd
2 min
Stapverhog.
25 W
Figuur 7 – 51: Inspanningstestprotocol – scherm 2
7 Bedieningspanelen
Edit
2.
37