3.2 Motorolie
Gebruik uitsluitend commerciële oliën die aan de
volgende classificaties voldoen:
• API CJ-4.
• ACEA E9.
• ECF-3.
Standaard: 10W-40
NB! De viscositeit van de gebruikte smeerolie
moet worden afgestemd op de temperatuur
van de omgeving waarin de machine wordt
gebruikt.
(Afbeelding 1)
Let op!
Stop de motor altijd bij controleren
van het oliepeil of het vervangen van
olie en/of oliefilter.
Controleer het motoroliepeil
1. Parkeer de City Ranger 3070 op een vlakke
ondergrond.
2. Wacht minstens 10 minuten na het stoppen
van de motor om de motorolie terug te laten keren
naar het oliereservoir.
3. Trek de peilstok uit de motor, veeg hem schoon
en duw hem weer terug.
(Afbeelding 2)
4. Trek de peilstok dan nogmaals omhoog en lees
het oliepeil af. Het oliepeil moet zich tussen MAX.
en MIN. op de peilstok bevinden. (Afbeelding 2)
5. Bij oliegebrek de vuldop van de motor
verwijderen. Voeg olie toe, wacht enkele minuten
en controleer het peil opnieuw. (Afbeelding 3)
Gebruiksaanwijzing City Ranger 3070
Service en onderhoud
Minimum
10W-40
−20 °C (−4 °F)
SAE 0W30 −30 °C (−22 °F)
SAE 0W40 −30 °C (−22 °F) 40 °C (104 °F)
SAE 5W30 −25 °C (−13 °F)
SAE 5W40 −25 °C (−13 °F) 50 °C (122 °F)
SAE 10W30 −20 °C (−4 °F)
SAE 15W40 −10 °C (14 °F)
1
Viscositeit volgens temperatuur
2
Peilstok
3
Vuldop voor motorolie
Maximum
50 °C (122 °F)
30 °C (86 °F)
30 °C (86 °F)
40 °C (104 °F)
50 °C (122 °F)
MIN
MAX
61