Algemene informatie
1.6 Bedieningselementen - vervolg
Toetsenbord 1
6. Handmatige modus
De handmatige modus wordt gebruikt om ervoor te zorgen dat de bediener de machine veilig kan
verlaten bij draaiende motor om de externe zuigslang of de hogedrukreiniger te gebruiken. De
handmatige modus kan alleen worden ingeschakeld als een vuilcontainer is aangebracht en de
machine in de parkeerstand is gezet. Schakel de handmatige modus uit door nogmaals op de toets
te drukken.
7. Zweefstand
In de zweefstand is het aanbouwdeel vrij om de contouren van de grond te volgen. Deze functie
kan alleen in de werkmodus toegepast worden. Wanneer actief, is de diode naast de toets verlicht.
De zweefstand wordt automatisch uitgeschakeld als de rechter joystick in de vooruit of achteruit is
gezet of als de bedieningsmodus is gewijzigd in de transport- of de handmatige modus.
8. Snelheidsbegrenzer
Druk hierop om een snelheidsniveau van 1 t/m 3 te kiezen. Het aantal verlichte diodes geeft aan
welk niveau actief is. Niveau 3 is het snelste. Het gebruik van een laag niveau maakt het gaspedaal
minder gevoelig, waardoor de machine gemakkelijker te bedienen is bij lage snelheden. Alleen in de
werkmodus mogelijk.
9. RES (Resume)
Druk hierop om de cruise control te hervatten.
10. Optie A
Afhankelijk van het aanbouwdeel. Raadpleeg de handleiding van het aanbouwdeel.
11. Cruise control
Cruise control wordt weergegeven als een groene en een rode pijl. De groene pijl toont de gewonnen
snelheid.
Cruise control
Cruise control is specifiek voor de modus waarin de
machine staat, en de stappen omhoog en omlaag zijn
uitgedrukt in procenten.
Dus in werkmodus snelheid 1 rijden max. 7 km/h de
stappen zijn zeer klein, waardoor het gemakkelijker om
de juiste snelheid te vinden.
Bij gebruik van cruise control in werkmodus is inching actief (zie verder hoofdstuk 1.8 inch/
rempedaal)
Gebruiksaanwijzing City Ranger 3070
21