NAAISTEKEN
————————————————————————————————————————————————————
Overhandse steken
Naai overhandse steken langs de rand van afgesneden stof om rafelen te voorkomen.
Er zijn zeven overhandse steken beschikbaar. De procedure voor overhandse steken wordt uitgelegd aan de hand
van de persvoet die wordt gebruikt.
Overhandse steken naaien met persvoet "G"
U kunt twee steken gebruiken voor overhands naaien met persvoet "G".
Steek
Patroon
Rafelen voorkomen in middelzware
en dunne stoffen
Overhandse
steek
Rafelen voorkomen in dikke stoffen en
stoffen die gemakkelijk rafelen
1
Bevestig persvoet "G" voor overhandse steken
• Meer bijzonderheden vindt u in "De
persvoet verwisselen" (pagina 33).
2
Selecteer een steek.
• Meer bijzonderheden vindt u in "Steken
selecteren" (pagina 56).
3
Plaats de rand van de stof tegen de geleider
van de persvoet en zet de persvoethendel
omlaag.
1 Geleider
58
Toepassing
G
1
Steekbreedte
[mm (inch)]
Automa-
Automa-
Handmatig
tisch
tisch
3.5
2.5–5.0
2.0
(1/8)
(3/32–3/16)
(1/16)
5.0
2.5–5.0
2.5
(3/16)
(3/32–3/16)
(3/32)
4
Naai met de rand van de stof tegen de
persvoetgeleider.
1 Naaldpositie
VOORZICHTIG
G
Nadat u de steekbreedte hebt aangepast,
draait u het handwiel langzaam naar u
toe en controleert u dat de naald de
persvoet niet raakt. Als de naald de
persvoet raakt, kan de naald verbuigen of
breken.
Steeklengte
[mm (inch)]
Persvoet
Handmatig
1.0–4.0
(1/16–3/16)
G
1.0–4.0
(1/16–3/16)
1