Telefoneren
Omdat telefoons niet allemaal hetzelfde werken,
kunnen de resultaten per telefoon verschillen. Bij veel
telefoons kunt u gewoon de telefoon tegen uw oor
houden zonder een speciaal telefoonprogramma in
uw hoortoestel te hoeven kiezen.
Houd de telefoon iets omhoog of naar achteren om de
voor u prettigste positie te vinden.
Uw hoorspecialist heeft wellicht een automatisch
telefoonprogramma op uw hoortoestel geactiveerd,
easy-t genaamd.
Uw hoortoestel zal automatisch omschakelen naar het
speciale telefoonprogramma zodra de hoorn van de
telefoon dichtbij het hoortoestel met ontvanger wordt
gehouden (het beste oor).
Als de telefoon verder van het hoortoestel wordt
verwijderd, schakelt dit automatisch terug naar het
vorige luisterprogramma.
Deze automatische omschakeling wordt geactiveerd
door een magneet. Wanneer de magneet niet sterk
genoeg is zal het hoortoestel niet automatisch om-
schakelen naar het telefoonprogramma. Vraag uw
audicien voor de easy-t magneet en plaats deze op uw
telefoonhoorn.
16
Raadpleeg uw audicien als u problemen met uw
hoortoestel heeft bij het telefoneren.
Zo bevestigt u de optionele easy-t magneet:
1. Ontvet het luistergedeelte van de telefoonhoorn.
2. Houd de magneet vlak bij het luistergedeelte van
de telefoonhoorn en laat het los (figuur 1). De
magneet zal zelf de beste positie zoeken.
3. Plaats het dubbelzijdig tape op deze optimale
positie op de telefoonhoorn (figuur 2) en bevestig
daar weer de magneet op (figuur 3).
Figuur 1
Figuur 2
Figuur 3
17