5
VEILIGHEIDSMAATREGELEN
Alleen bekwame en geïnstrueerde personen mogen werkzaamheden met het radarproduct uitvoeren. Ervaring en
veiligheidsprocedures op de volgende gebieden kunnen relevant zijn:
•
Werken met netstroom
•
Werken met moderne elektronische en elektrische apparatuur
•
Werken op hoogte
Werken langs de weg of snelwegen
•
Te volgen veiligheidsmaatregelen:
-
Zorg ervoor dat de stroomtoevoer binnen het bereik valt dat op het etiket en in de handleiding van het
product wordt vermeld.
-
Alle aansluitingen moeten worden gemaakt terwijl de voeding is uitgeschakeld.
-
Zorg ervoor dat de bedrading correct is zoals weergegeven in de handleiding voordat u de voeding
inschakelt.
-
Gebruik nooit een beschadigde radar.
-
Het openen van de behuizing wordt als gevaarlijk beschouwd en maakt alle garanties ongeldig.
-
Zorg ervoor dat de radar correct is gemonteerd en dat de schroeven en bouten van zowel de radar als de
beugel stevig zijn vastgedraaid. De radar moet naar het interessegebied wijzen voor een goede detectie.
-
Zorg ervoor dat de radar correct is geconfigureerd.
6
ALGEMENE PRINCIPES
1. Pak het materiaal uit en controleer of alle elementen in de doos aanwezig zijn:
A. Radar / lidar met connectoren aan de achterkant en montagebeugel
B. Optioneel: Extra kast met zonneregelaar en modem
C. USB AB-kabel
D. Optioneel: 100 Ah accu
E.
Optioneel: 95W zonnepaneel met montagebeugel
F.
Gebruiksaanwijzing
G. Stroom- en communicatiekabel
2. Plaats het apparaat op de locatie en lijn het uit met het fietsersverkeer (zie titel 8, p. 6).
3. Installeer de extra kast (B) op dezelfde paal.
4. Plaats de batterij (D) in de kast en sluit deze aan.
5. Monteer het zonnepaneel (E) volgens de instructies (zie titel 14 , p. 20).
6. Sluit de radarkabel aan op de extra kast.
7. Sluit de zonnepaneelkabel aan op de extra kast
5