OPTISWIRL 4200
6.10 A12 Plausibiliteitscontroles
Bij de configuratie van het toestel worden een reeks complexe "clustercontroles" intern
uitgevoerd op de voorgestelde configuratie om een geldige configuratie te verzekeren.
Wanneer een configuratie dus wordt opgeslagen, toont het toestel mogelijk een fout zoals
"Failed E01", wat wijst op een foutclusternummer.
In dit geval raadpleegt u in de volgende tabel het aangegeven clusternummer om te achterhalen
over welke parameters het gaat.
U wilt wellicht ook het menu "A12 Cluster Checks" in de Snelle configuratie openen en alle
instellingen in het submenu van de betreffende "cluster" controleren.
Nr. Naam
01
Sensor
Configuration /
Fluid
02
Medium
03
Meter Type
04
Temperature /
Pressure
05
Current output /
primary HART
variable
06
Frequency output /
Secondary HART
variable
07
Current input /
Tertiary HART
variable
08
Quaternary HART
Variable
09
Flow Totalizer
10
Measurement
Display Pages
11
Gas Mix Total
12
HART Catch
Variable
(Temperature /
Pressure)
Tabel 6-41: A12 Plausibiliteitscontroles
10/2022 - 4005523109 - MA OPTISWIRL4200 R11 nl
Uitleg van plausibiliteitscontroles
Na de wijziging van de meetstof, de bedrijfsdichtheid of de bedrijfstemperatuur controleert
het toestel of de geconfigureerde meetvariabelen bij de uitgangen van het toestel nog steeds
®
geldig zijn (HART
-variabelen, frequentie-uitgang, pulsuitgang, statusuitgang,
limietschakelaar, lokaal display en flowtotalisator). Ook de geconfigureerde bereiken
worden gecontroleerd.
Bij de selectie van het medium controleert het toestel of de geconfigureerde meetvariabelen
bij de uitgangen van het toestel nog steeds geldig zijn (HART
frequentieuitgang, pulsuitgang, statusuitgang, limietschakelaar, lokaal display en
flowtotalisator).
Ook de configuratie van temperatuur- en drukbronnen wordt gecontroleerd.
Bij de wijziging van het metertype controleert het toestel of de geconfigureerde
meetvariabelen bij de uitgangen van het toestel nog steeds geldig zijn (HART
frequentieuitgang, pulsuitgang, statusuitgang, limietschakelaar, lokaal display en
flowtotalisator).
Het toestel controleert ook of het huidig geselecteerde medium wordt ondersteund door het
nieuwe metertype. Daarnaast worden ook de temperatuur- en drukbronnen gecontroleerd.
Controleert de configuratie van temperatuur- en drukbronnen.
Controleert of de geselecteerde meetvariabele geldig is. Controleer ook de
grensinstellingen voor 0% en 100%.
Controleert of de frequentie-uitgang/secundaire HART
Controleert ook of de geselecteerde meetvariabele beschikbaar is in deze context en of het
bereik ervan geldig is.
Als de stroomingang is geselecteerd om gegevens van temperatuur- of drukmetingen te
leveren, controleert het toestel de configuratie van temperatuur- en drukbronnen.
Het toestel controleert ook of het bereik van de stroomingang (4 mA / 20 mA) geldig is.
Controleert of de meetvariabele die is geconfigureerd als quartaire HART
is.
Controleert of de geselecteerde meetvariabele voor de flowtotalisator (volumeflow,
standaard volumeflow, massaflow) geldig is. Controleert ook de configuratie van de HART
variabelen, de limietschakelaar en het lokale display.
Controleert of de geselecteerde meetvariabelen van beide meetpagina's op het display
geldig zijn.
Als een staafdiagram wordt weergegeven, worden ook de bereiken ervan gecontroleerd.
Als een gasmengsel is geselecteerd als medium, controleert het toestel of alle individuele
bestanddelen van het gas samen 100% zijn.
Als de invoer van de temperatuur- of drukgegevens wordt geleverd door HART
het toestel of het "Slot Number (Sleufnummer)" past met de "Capture Command (Opname-
opdracht)".
www.krohne.com
GEBRUIK
®
-variabelen,
®
-variabelen,
®
-variabele geldig is.
®
-variabele geldig
®
, controleert
6
®
-
101