Opnameproblemen
Probleem
Kan niet naar de
opnamestand
schakelen.
Er wordt geen foto
gemaakt wanneer de
ontspanknop wordt
ingedrukt.
De camera kan niet
scherpstellen.
De foto's zijn wazig.
Foto's die met flitslicht
zijn gemaakt bevatten
heldere vlekken.
Oorzaak/Oplossing
Maak de HDMI- of USB-kabel los.
Als de camera in de weergavestand staat,
drukt u op de c knop, de ontspanknop of
de b (e filmopname) knop.
Als menu's worden weergegeven, drukt u
op d knop.
De batterij is leeg.
Als het flitserlampje knippert, wordt de
flitser geladen.
De camera en het smart-toestel zijn
verbonden via een Wi-Fi-verbinding en de
camera wordt bediend via de
afstandsbediening.
Het onderwerp is te dicht bij. Probeer te
fotograferen met de onderwerpstand
Autom. scènekeuzekn. of Close-up of
de macro-stand.
Er kan moeilijk op het onderwerp worden
scherpgesteld.
Stel AF-hulplicht in het setup-menu in op
Automatisch.
Zet de camera uit en weer aan.
Gebruik de flitser.
Verhoog de ISO-waarde.
Schakel vibratiereductie of
bewegingsdetectie in.
Gebruik j (Best Shot Selector).
Gebruik een statief om de camera stevig
neer te zetten (hierbij tegelijkertijd de
zelfontspanner gebruiken is nog
effectiever).
Het flitslicht wordt weerkaatst door deeltjes
in de lucht. Stel de flitsstand op W (uit) in.
A
96, 99,
E20,
E22
1, 28
4
20
50
93
33, 35,
54
70
83,
E70
20
50
62
83
36, 62,
E34
53
52
F11