12 Storingen
12.1
Storingen: Oorzaken en oplossing
WAARSCHUWING
Werkzaamheden aan het draaiende pompaggregaat
Gevaar voor verwonding, naar binnen getrokken worden en afknellen van ledematen!
•
Aandrijving spanningsvrij schakelen.
•
Aandrijving beveiligen tegen opnieuw inschakelen.
WAARSCHUWING
Pompaggregaat niet drukloos
Gevaar door uitstromend te verpompen medium!
•
Voor onderhoudswerkzaamheden pompaggregaat drukloos maken.
•
Pompaggregaat loskoppelen van de voeding.
Tabel 28: Storingshulp
Pomp verplaatst geen vloeistof
Opvoerhoogte te klein
Opgenomen stroom/vermogen te groot
Pomp loopt onrustig en is rumoerig
Opvoerinstallatie vertoont vaak storing
Mogelijke oorzaak
X X
Voedingsspanning te laag
X Motor/pomp draait niet, geen spanning aanwe-
zig
X X X X
Verkeerde draairichting (bij 3~)
X
X X Bedrijf op 2 fasen (bij 3~)
X
X H-O-A-schakelaar in stand "0"
X
X Motorwikkeling of elektrische kabel defect
X
Te sterke daling van de waterspiegel in het ver-
zamelvat/de put tijdens bedrijf
28
X Bewaking van de wikkeling heeft de motor uit-
geschakeld wegens te hoge wikkelingstempera-
tuur
X X
X Niveausensor defect
X X X X X Schakelapparaat vervult zijn functie niet
X X X X X Schakelapparaat gedraagt zich anders dan ver-
wacht; onjuiste parametrering
Mogelijke oplossing
Voedingspanning controleren
Kabelaansluitingen controleren
Elektrische installatie (en zekeringen) controleren.
Zekering (230 V) of motorbeveiligingsschakelaar (400 V) is
geactiveerd
2 Fasen van de netvoedingskabel of voedingskabel van de
motor verwisselen
Spanninggeleiders controleren
Eventueel defecte zekering vervangen
Kabelaansluitingen controleren
H-O-A-schakelaar in de stand "Automatisch" zetten
Door nieuwe originele onderdelen van Duijvelaar Pompen
vervangen of contact op te nemen met Duijvelaar Pompen.
Niveausensoren controleren.
Parameters controleren, indien nodig de parameters
opnieuw instellen
Na afkoeling wordt de motor weer automatisch ingescha-
keld
Indien het WSK-alarm met geheugen is geactiveerd, dit
met OK bevestigen. Pomp controleren!
Niveausensor controleren, indien nodig schoonmaken of
vervangen
Parametrering controleren; schakelapparaat controleren,
indien nodig vervangen
Parametrering van de besturing controleren