9.2
Legen door middel van 3 vlotters
9.2.1
1 Pompsinstallatie: Legen door middel
van 3 vlotters
Tabel 20: Parameterinstellingen: 1 pompsinstallatie
met 3 vlotters
3-3-3 0=legen
3-4-2 1=vlotters
Figuur 9: 1 Pompsinstallatie: Legen door
middel van 3 vlotters
A Vlotterschakelaar UIT
B Vlotterschakelaar grondlast
C Vlotterschakelaar hoogwater
20
1 Pomp UIT
2 Pomp AAN
3 Hoogwateralarm en pomp AAN
legen/vullen
meetmethode
9.2.2
2 Pompsinstallatie: Legen door middel
van 3 vlotters
Tabel 21: Parameterinstellingen: 2 Pompsinstallatie
met 3 vlotters
3-3-2 2=reservepomp,
reservepompbedrijf, 2 pom-
2PP HW
pen bij hoogwater
3-3-3 0=legen
legen/vullen
3-4-2 1=vlotters
meetmethode
Figuur 10: 2 Pompsinstallatie: Legen door
middel van 3 vlotters
A Vlotterschakelaar UIT
B Vlotterschakelaar grondlast
C Vlotterschakelaar hoogwater
1 Pomp UIT
2 Pomp AAN
3 Hoogwateralarm
•
3-3-2 = 2 beide pompen aan
De tweede pomp wordt alleen als reservepomp
gebruikt wanneer de eerste pomp een storing
vertoont (redundant systeem). De pompen worden
beurtelings na ieder pompbedrijf gewisseld.