8. VERVANGEN VAN DE BATTERIJ
•
Om een elektrische schok te voorkomen, de meetsnoeren uit de te meten stroomkring
verwijderen en de functieschakelaar op OFF plaatsen alvorens de batterijen te
vervangen.
•
Gebruik nooit gelijktijdig nieuwe en gebruikte batterijen
•
Installeer de batterijen en let hierbij op de polariteit die aangeduid is in het
batterijcompartiment.
Als de indicatie voor zwakke batterij "BATT" in de linkerbovenhoek van het scherm verschijnt
moeten de batterijen vervangen worden.
Opmerking: als de batterijen volledig uitgeput zijn, is er totaal geen weergave meer op het
scherm, ook niet het bericht "BATT".
(1) Plaats de functieschakelaar op "OFF".
(2) Haal het toestel uit de beschermholster.
(3) Maak de schroef van het deksel van het batterijcompartiment achteraan op het toestel los.
(4) Vervang de batterijen door twee nieuwe van 1.5V type R03 (UM-4).
(5) Schroef het deksel van het batterijcompartiment vast.
WAARSCHUWING
OPGELET