0001
Opstartscherm. Hierin wordt informatie over het type generator, de actuele firmware
versie, het ingestelde communicatie bus adres (indien van toepassing) en andere
aanverwante informatie over de generator weergegeven.
0002
Menuoptie om de in het display gebruikte taal te selecteren. Er kan gekozen worden uit
een van de volgende talen: "English" (Engels), "Deutsch" (Duits), "Italiano" (Italiaans)
of "Français" (Frans).
0003
Menuoptie om te bepalen of de generator moet gaan functioneren als een eenvoudige
oplaadgenerator (ECM) of dat de generator specifieker geconfigureerd moet gaan
worden. Als de generator ter vervanging van een ECM dient, selecteer de optie "YES".
Door "NO" te selecteren zullen andere parameters ingesteld moeten worden.
0004
Menuoptie om de operating mode waarin de generator moet gaan werken in te stellen.
Mogelijke keuzes zijn: "Local" voor toetsenbord bediening, "Remote" voor sturing via de
analoge signalen en "Fieldbus" (optioneel) voor sturing via een serieel communicatie
netwerk of "Adv. output control" (optioneel) voor snelheidsgerelateerde sturing van de
hoogspanning.
0005
Menuoptie om de control mode waarin de generator moet gaan werken in te stellen.
Mogelijke keuzes zijn "VC" voor spannings gestuurde regeling, "CC" voor stroom
gestuurde regeling of "AdvCC" (optioneel) voor de geavanceerde (of intelligente)
stroom gestuurde regeling.
0006
Menuoptie om te selecteren via welke stuurspanningen de remote I/O in- en uitgangen
werkzaam moeten zijn. Gekozen kan worden uit "0-5V DC", "0-10V DC",
"0-20mA DC" en "4-20mA DC".
0007
Met Profibus interface: Optionele menuoptie om het communicatie bus adres in te
stellen. Standaard staat dit adres op "126". Het in te stellen bereik is van adres "0" tot
en met "125".
Met ProfiNet interface: Optionele menuoptie om het communicatie netwerk adres (IP
adres) in te stellen. Standaard staat dit adres op "192.168.0.0". Het in te stellen bereik is
van adres "0.0.0.0" tot en met "255.255.255.255".
Menuoptie om het gebruik van de externe schakelingang in te stellen. "Continuous"
0008
mode geeft aan dat de uitgangsspanning continue ingeschakeld is. De optie "External"
wordt gebruikt om de uitgangsspanning via de externe ingang in en uit te schakelen. De
optie "Bus" (alleen voor de fieldbus mode) wordt gebruikt om de uitgangsspanning via
de fieldbus communicatie in en uit te schakelen.
6.28. Menustructuur
De menustructuur van de CM5 zal in de volgende diagrammen weergegeven worden.
CM5_UM_9752090318_NL_V1_8
39