4.3 Connecting probes/sensors
De sondes/voelers mogen enkel bij een uitgeschakeld
meetinstrument aangesloten worden. Voelerspecifieke
kenmerken worden slechts bij het opstarten van het
meetinstrument herkend. Zorg ervoor dat de son-
des vast aangesloten zijn, zonder hiervoor geweld te
gebruiken!
Aansluitstekker / -slangen van de sondes/voelers
aansluiten op de respektievelijke aansluitingen van
het meetinstrument:
1 Drukaansluitingen op p+ en p-
Make sure the pressure hose does not jump
away from the connection socket!
Risk of injury!
Always use the screw locking device to
Opgepast
secure the pressure hose at pressures above
700 hPa.
2 Stekker „1" en stekker „2":
thermo-elementvoeler (type K), NTC-voeler, druks-
onde, stroom-/spanningskabel
4. Ingebruikname
4.3 Sondes / voelers aansluiten
13