WAARSCHUWING:
volgende voorzorgsmaatregelen door voordat
u het bedieningspaneel gebruikt.
• Sta nooit op de loopband wanneer u deze in
gebruikt neemt.
• Draag altijd de klip (zie de tekening hieron-
der) wanneer u de loopband gebruikt.
• Stel de snelheid geleidelijk bij om schok-
kende versnellingen te voorkomen.
• De pols-sensor is geen medisch instrument.
Verschillende factoren zoals beweging van
de gebruiker kunnen de nauwkeurigheid van
de metingen beïnvloeden. De pols-sensor is
alleen als hulpmiddel bedoeld voor alge-
mene hartslag meting.
• Gebruik de programma's voor de hartslag
niet wanneer U hartklachten heeft of wan-
neer U ouder dan 60 en niet actief bent.
Bespreek met uw huisarts, als u regelmatig
medicijnen inneemt of de medicijnen uw oe-
fening voor de hartslag kan beïnvloeden.
• Houdt het bedieningspaneel droog om het ri-
sico van een electrische schok te voorko-
men. Zorg ervoor dat u geen vloeistof op het
bedieningspaneel morst en gebruik alleen
maar sluitbare flessen.
HET BEDIENINGSPANEEL IN GEBRUIK NEMEN
Doe de klip aan de tailleband van uw kleding
1
vast.
Ga op de voetenkus-
sentjes van de loop-
band staan. Zoek naar
de klip die aan de
sleutel vast zit en
maak de klip aan de
tailleband van uw kle-
ding vast. Steek vervolgens de sleutel in het bedie-
ningspaneel. Test de klip door voorzichtig een
paar stappen achteruit te zetten totdat de sleu-
tel uit het bedieningspaneel wordt getrokken.
Als de sleutel niet uit het bedieningspaneel
komt, stel dan de lengte van de klip bij. Trek
vervolgens de sleutel uit het bedieningspaneel.
De stekker in het stopcontact steken.
2
Zie HOE DE STEKKER IN STOPCONTACT TE
STEKEN en pagina 9.
Zorg ervoor dat de aan/uit stroomonderbreke
3
in de aan stand staat.
Lees de
Zoek naar de aan/uit
stroomonderbreke op de
loopband die zich bij het
snoer bevindt. Zorg er-
voor dat aan/uit stroom-
onderbreke in de aan
stand staat.
De sleutel volledig in het bedieningspaneel
4
steken
Stand on the foot rails of the loopband. Bevestig
de clip stevig aan de tailleband van uw kle-
ding. Steek vervolgens de sleutel in het bedie-
ningspaneel. Na een tijdje worden het pro-
gramma-display en het hoofddisplay verlicht weer-
gegeven. Opmerking: wanneer de sleutel in het
bedieningspaneel wordt gestoken, zal het hel-
lingssysteem van de loopband mogelijk zichzelf
kalibreren. De loopband wordt tot het hoogste hel-
lingniveau getild en gaat daarna terug naar het
laagste hellingniveau. Tijdens de kalibratie wor-
den aan de linkerzijde van het hoofddisplay twee
strepen (– –) weergegeven. De segmenttijdweer-
gave knippert.
Uw gewicht invoeren.
5
U kunt het bedieningspaneel zonder dat u uw ge-
wicht invoert gebruiken. Om uw gewicht in te voe-
ren, druk u op een van de toetsen Age/Weight Set.
De woorden ENTER WEIGHT (gewicht inoeren)
en het huidige gewicht verschijnen dan in het
hoofddisplay. Druk enkele malen op de toetsen
Age/Weight Set om uw gewicht in te voeren. Als u
de toetsen vasthoudt, kunt u uw gewicht snel in-
voeren. Uw gewicht kan daarna in het geheugen
worden opgeslagen.
Klip
Om het controlepaneel handmatig te bedienen, volg
de stappen beginnende op bladzijde 12. Om een voor-
geprogrammeerd programma te gebruiken, zie blad-
zijde 14. Om een op maat eigen programma te
maken en gebruiken, zie bladzijden 16 en 17. Om het
op hartslag afgestemde programma te gebruiken,
zie bladzijde 18. Om een iFIT.com CD of videopro-
gramma te gebruiken, zie bladzijde 22. Om een
iFIT.com programma onmiddellijk van onze
Website te gebruiken, zie bladzijde 24.
11
Aan-
Positie