De oriëntatie-sensor instellen
Als u de camera draait om een foto te maken (bijvoorbeeld voor een portret),
wordt de foto met behulp van Orientation Sensor (oriëntatie-sensor) zo
gedraaid dat de foto met de juiste zijde boven wordt weergegeven.
Orientation Sensor (oriëntatie-sensor) is standaard ingeschakeld. U kunt deze
functie uitschakelen, zodat de foto's niet worden gedraaid.
OPMERKING: Als het onderwerp zich boven of onder u bevindt (zoals bij foto's
van een voorwerp in de lucht, op de grond of bij kleine
voorwerpen op een tafel), schakelt u de oriëntatie-sensor
uit, zodat de foto's niet onnodig worden gedraaid.
1
Druk in een willekeurige fotomodus op de zelfontspannerknop.
2
Druk op
markeren en druk vervolgens op de knop OK.
36
Hoofdstuk 2
4
Markeer een optie en druk op de knop OK.
5
Druk op de Menu-knop om het menu te
sluiten.
Op elke foto die u nu maakt, wordt
rechtsonderaan de juiste datum
afgedrukt. De instelling blijft van kracht
totdat u deze wijzigt.
om het pictogram voor de oriëntatiesensor
3
Markeer On (aan) of Off (uit) en druk
vervolgens op de knop OK.
4
Druk op de Menu-knop om het menu te
sluiten.
De instelling blijft van kracht totdat u
deze wijzigt.
te