Probleem
De sluiterknop
werkt niet.
Er ontbreekt een
deel van de foto.
(Zie ook
Opgeslagen foto's
zijn beschadigd.)
Opgeslagen foto's
zijn beschadigd.
90
Hoofdstuk 10
Oorzaak
De camera staat niet
aan.
De camera is bezig met
het verwerken van een
foto; het klaar-lichtje
(naast de zoeker)
knippert rood.
De kaart of het interne
geheugen is vol.
De sluiterknop werd
niet ingedrukt.
Er bevond zich iets
voor de lens toen de
foto werd gemaakt.
Uw oog of de foto
bevond zich niet goed
in het midden van de
zoeker of het
camerascherm.
De kaart werd
verwijderd of de
batterij was leeg toen
het klaar-lichtje
knipperde.
Oplossing
Zet de camera aan
(pagina
6).
Wacht tot het klaar-lichtje niet
meer rood knippert en maak
daarna de volgende foto.
Breng foto's naar uw computer
over
(pagina
73), verwijder foto's
uit de camera
(pagina
de opslaglocatie
plaats een kaart met beschikbaar
geheugen
(pagina
Zie
pagina 17
voor de beste foto's.
Houd tijdens het fotograferen
geen handen, vingers of andere
voorwerpen voor de lens.
Laat ruimte rond een onderwerp
vrij wanneer u het beeld in het
midden van de zoeker of het
camerascherm probeert te
plaatsen.
Maak de foto opnieuw. Verwijder
de kaart niet wanneer het
klaar-lichtje knippert. Zorg dat de
batterij steeds voldoende
opgeladen is.
45), wijzig
(pagina
12) of
11).