Inhoudsopgave
Advertenties
4.3 BRANDSTOFKLEP
De brandstofklep bevindt zich tussen de brandstoftank en de carburateur. Wanneer de klephendel in de
AAN-stand staat, kan brandstof van de brandstoftank naar de carburateur stromen. Zorg ervoor dat de
hendel terug naar UIT wordt gezet nadat de motor is uitgeschakeld.
4.4 CHOKE
De choke wordt gebruikt om een verrijkt brandstofmengsel te bieden bij het starten van een koude motor.
Deze kan worden geopend en gesloten door de chokehendel of chokestang handmatig te bedienen.
Verplaats de hendel of de stang naar de SLUITEN-stand om het mengsel te verrijken.
4.5 STROOMONDERBREKER
De stroomonderbreker wordt automatisch uitgeschakeld als zich een kortsluiting of aanzienlijke
overbelasting van de generator in de aansluiting voordoet. Als de stroomonderbreker automatisch wordt
uitgeschakeld, controleert u of het apparaat goed werkt en de nominale belastingscapaciteit van het circuit
niet wordt overschreden voordat de stroomonderbreker opnieuw wordt ingeschakeld. De
stroomonderbreker kan worden gebruikt om de generator in of uit te schakelen.
4.6 AARDINGSKLEM
De aardaansluiting van de generator is verbonden met het paneel van de generator, de metalen niet onder
stroom staande delen van de generator en de aardingsklemmen van elke aansluiting. Raadpleeg voor het
gebruik van de aardingsklem een gekwalificeerde elektricien, een elektriteitsinspecteur of een plaatselijke
10
Advertenties
Inhoudsopgave
