opnameafstand (W-kant: ong. 5 cm; T-kant: ong. 250 cm) tussen de lens en het
onderwerp.
Druk de ontspanknop tot halverwege in en neem daarna de beelden op.
Er is onvoldoende omgevingslicht.
[Scherpstelfunctie] is ingesteld op [H. scherpst.]. Stel [Scherpstelfunctie] in op
een andere instelling dan [H. scherpst.].
[247] Probleemoplossing
opnemen
De zoomfunctie werkt niet.
U kunt de zoomfuncties niet gebruiken tijdens het opnemen in de functie
panorama door beweging.
U kunt alleen de optische zoom gebruiken in de volgende situaties:
Bij gebruik van de lach-sluiterfunctie.
Tijdens opnemen in de zelfportretfunctie.
[248] Probleemoplossing
opnemen
De flitser werkt niet.
Zet de flitser omhoog.
U kunt een flitser niet gebruiken in de volgende situaties:
Wanneer de volgende functies zijn geselecteerd in [Scènekeuze].
[Antibewegingswaas]
[Nachtscène]
[Schemeropn. hand]
[Vuurwerk]
[Hoge gevoeligheid]
Tijdens het opnemen in de functie panorama door beweging.
Tijdens het opnemen van bewegende beelden.
Problemen oplossen
Problemen oplossen
Stilstaande/bewegende beelden
Stilstaande/bewegende beelden