Statuslampjes
Het Aan-lampje brandt wanneer het product is ingeschakeld. Het Aan-lampje knippert
wanneer het apparaat een taak verwerkt. Andere knipperende lampjes geven fouten aan
die u kunt oplossen. Zie hieronder voor meer informatie over knipperende lampjes en wat
te doen.
Gedrag
Een lampje knippert snel + waarschuwingslampje
knippert snel
Het Aan-lampje knippert snel + beide cartridgelampjes
knipperen snel + waarschuwingslampje brandt
Beide cartridgelampjes knipperen snel +
waarschuwingslampje brandt
Eén of beide cartridgelampjes branden
Eén of beide cartridgelampjes knipperen snel.
Alle lampjes knipperen snel
Oplossing
De outputlade is gesloten, er is geen
papier of er is een papierstoring.
"De laden voorbereiden"
op pagina
40, correct
"Afdrukmateriaal laden"
op pagina
17, of
"Een papierstoring
oplossen" op pagina
34. Selecteer
dan OK op het printerbeeldscherm om
door te gaan.
De cartridgeklep is open.
Sluit de cartridgeklep. Zie
voorbereiden" op pagina 40
meer informatie.
De wagen zit klem.
Open de cartridgeklep en beweeg de
wagen naar rechts om de storing te
verhelpen. Selecteer dan OK op het
printerbeeldscherm om door te gaan.
Zie
"Maak de wagen van de
printcartridges vrij" op pagina 39
voor meer informatie.
De aangegeven cartridge is bijna leeg.
Vervang de cartridge wanneer de
afdrukkwaliteit niet meer
aanvaardbaar is.
Er zit nog tape rond de cartridges, ze
zijn niet geplaatst, incompatibel of
defect.
Verwijder eventueel de roze tape van
de inktpatronen. Plaats eventueel de
cartridges of plaats compatibele
cartridges. Raadpleeg
"Een defecte
cartridge identificeren"
op pagina 39
om na te gaan of
slechts 1 cartridge defect is.
De printer geeft een foutstatus aan.
Statuslampjes
"De laden
voor
7