Geheugen installeren
De computer beschikt over twee aansluitingen waarin u DIMM's kunt installeren
tot een maximum van 4,0 GB systeemgeheugen.
Houd u bij het installeren van geheugenmodules aan de volgende regels:
v Gebruik 1,8 V, 240-pens DDR2 SDRAM.
v Gebruik geheugenmodules van 256 MB, 512 MB, 1 GB of 2 GB in elke willekeu-
U installeert een geheugenmodule als volgt:
1. Verwijder de kap. Zie "De kap verwijderen" op pagina 20.
2. Kijk waar de geheugenaansluitingen zich bevinden. Zie "Onderdelen van de
3. Open de klemmetjes.
4. Houd de geheugenmodule boven de geheugenaansluiting. Zorg ervoor dat uit-
24
Handboek voor de gebruiker
rige combinatie.
systeemplaat" op pagina 21.
sparing 1 van de geheugenmodule lijnt met de punt 2 op de systeemplaat.
Druk de geheugenmodule recht naar beneden in de aansluiting totdat de klem-
metjes dicht gaan.
Volgende stappen:
v Als u met een andere optie wilt werken, gaat u naar het desbetreffende
gedeelte.
v Als u de installatie wilt voltooien, gaat u naar "Kap terugplaatsen en
kabels aansluiten" op pagina 38.