Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Configuratie; Smart Bms-Instellingen - Victron energy Smart BMS 12-200 Handleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor Smart BMS 12-200:
Inhoudsopgave

Advertenties

3.5. Configuratie

3.5.1. Smart BMS-instellingen

De Smart BMS is ingesteld via Bluetooth en de VictronConnect-app. Raadpleeg de
en installatie details. De volgende stappen beschrijven het configuratieproces en de opties:
1. Start de Smart BMS op in overeenstemming met het
2. Open VictronConnect. De Smart BMS verschijnt op de apparatenlijst ofwel onder Mijn apparaten of Andere apparaten (het
laatste bij het verbinden voor de eerste keer).
3. Tik op de Smart BMS. De koppelingsdialoog begint (standaard PIN-code is 000000).
4. Wanneer verbonden, wordt de accu statuspagina weergegeven, de lithium accu-spanning, de software schakelaar-status,
System+ status (aan of uit), dynamo/startmotorspanning, system+ spanning en het percentage dynamo laadstroom, gevolgd
door BMS status-berichten. Bij het voor de eerste keer verbinden, verschijnt een popup-bericht dat vraagt het zekeringstype
in te stellen in het instellingenmenu om ook de laadstroom te kunnen zien (in percentage).
5. Tik op het tandwiel bovenaan rechts om het instellingenmenu te openen en het volgende in te stellen:
a. Zekeringtype:
Stel de correcte zekering waarde in zoals uitgelegd in het
fysiek geïnstalleerde zekering.
b. Accu Pre Alarm gebruik:
Wijzig, bij een lithium accu zonder vooralarmfunctie, de accu vooralarm gebruik naar 'Vooralarm niet beschikbaar', laat
anders de standaard instelling 'Gebruik vooralarm'.
c. Vooralarm:
Kies tussen continue en onderbroken vooralarm.
d. Acculaadlimiet:
Stel de acculaadlimiet in (bereik: 13,0 V..15,3 V) tot een waarde waarop laden gedeactiveerd moet worden. Normaal
moet deze waarde 14,2 V bedragen voor een Victron Lithium Battery Smart. Zodra deze waarde bereikt wordt, wordt het
acculaden gestopt door de dynamo/startaccu+ ingang te deactiveren. De ingang wordt opnieuw ingeschakeld wanneer de
accuspanning gedurende 10 (opeenvolgende) seconden 0,5 V onder de acculaadbeperking ligt.
e. Remote aan/uit functie:
Deze instelling bepaalt wat bestuurd wordt door de remote aan/uit aansluitklemmen. De standaard is dat het alleen
dynamo en System+ uitschakelt. Gebruik de 'Schakel alles uit'-optie om er een volledige systeem aan/uit-schakelaar van
te maken.
6. De configuratie van de Smart BMS is nu voltooid en de status wordt weergegeven. Afhankelijk van de systeemstatus wordt
extra informatie getoond.
Pagina 8
Smart BMS 12-200
VictronConnect handleiding
Installatiehoofdstuk
[7].
Installatiehoofdstuk
[7]. Zorg ervoor dat dit overeenkomt met de
voor download-
Installatie en configuratie

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave