Positie
Beweging
9
Gereedschap inklappen. De functie werkt ook als de rechter knop aan de bovenkant wordt inge-
drukt. Armen 1 en 2 kunnen parallel aan elkaar worden bediend en wanneer u het gereedschap
beweegt, als de rechter knop aan de bovenkant wordt ingedrukt.
10
Gereedschap uitklappen. De functie werkt ook als de rechter knop aan de bovenkant wordt inge-
drukt. Armen 1 en 2 kunnen parallel aan elkaar worden bediend en wanneer u het gereedschap
beweegt, als de rechter knop aan de bovenkant wordt ingedrukt.
"Patroontestmodus"
De "Patroontestmodus" laat zien hoe het product zal
werken als u de joysticks via de afstandsbediening
gebruikt. Verschillende bedieningsmodi en -patronen
zorgen voor verschillende bewegingen. Om naar de
patroontestmodus te schakelen, zet u de ON/OFF/
START-schakelaar in de stand ON en selecteert u
"Patroontestmodus" in de snelkoppelingsbalk. De kleur
van het display (A) verandert van oranje naar blauw. Het
productsymbool (B) op het display heeft verschillende
kleuren en toont de beweging van de onderdelen van
het product.
A
PATROON 3
BEWEGINGSELEMENTEN
B
•
Lichtblauw: Onderdelen van het product die kunnen
worden bewogen in de huidige bedieningsmodus.
•
Oranje: Onderdelen van het product die bewegen in
de huidige bedieningsmodus. Een witte pijl geeft ook
de bewegingsrichting aan op het display.
•
Donkerblauw: Onderdelen van het product die niet
kunnen bewegen in de huidige bedieningsmodus.
In de snelkoppelingsbalk kunt u het patroon (C)
wijzigen. Wanneer een patroon is geselecteerd, wordt
dit weergegeven op het display (D). Wijzig de
bedieningsmodus met de schakelaar Bedieningsmodus
1401 - 003 - 21.11.2022
D
C
(E) en de schakelaar Transportmodus (F) op de
afstandsbediening.
F
1
3
E
"Hydr. syst. kalibr."
•
Met de functie "Autom. (kalibreren)" worden de
hydraulische druk en de kleppen op het product
gekalibreerd. Maak een keuze uit "Druk en kleppen"
of "Druk".
De kalibratie van de kleppen verbetert de controle
over de bewegingen van het product. De kalibratie
van de hydraulische druk verbetert de precisie van
de hydraulische-drukniveaus.
Met "Druk" wordt alleen de functie Hydraulische-
drukregeling gekalibreerd, de klepafstelling zoals
aangegeven door de klant wordt niet aangepast.
Het hydraulisch systeem kalibreren met "Autom.
Zie
(kalibreren)" op pagina 54 .
•
Met de functie "Handmatig (kalibreren)" kunt u
onderdelen op het product één voor één kalibreren.
•
Met de functie "Armdruk" kunt u de maximale
hydraulische druk voor het armsysteem aanpassen.
De hydraulische druk wordt gewijzigd in stappen van
5 bar/72,5 psi. Stel de hydraulische druk in tussen
200 bar/2901 psi en 150 bar/2175,6 psi.
53