hp psc 2200 series
instellingen
wijzigen en
snelkiescombinaties
gebruiken voordat u
een fax verzendt
42
3
Druk op Opties of op Faxen.
Hiermee worden de faxopties weergegeven en de faxmodus
geselecteerd.
4
Voer het faxnummer in als daarom wordt gevraagd.
5
Druk op Starten, Zwart of op Starten, Kleur.
Als u op Starten, Zwart drukt, wordt de fax in het geheugen
gescand. Vervolgens wordt het nummer gekozen en wordt de fax
verzonden. Nadat een pagina is gescand, moet u nog een
pagina scannen. Om nog een pagina te faxen drukt u op 1 (ja)
of op 2 (nee) als u geen pagina meer wilt faxen. Als u op 1 drukt,
wordt u gevraagd het origineel te plaatsen. Nadat u het origineel
op de glasplaat hebt geplaatst, drukt u op Enter.
Als u een inktpatroon voor het afdrukken van foto's
hebt geïnstalleerd, kunt u deze inktpatroon
vervangen door een zwarte inktpatroon wanneer u
faxen gaat verzenden. Zie Met inktpatronen werken
op pagina 56 voor meer informatie.
1
Plaats het origineel.
Zie Originelen laden op pagina 9 voor meer informatie.
2
Druk op Faxen als het lampje nog niet brandt.
3
Druk op Faxen of Opties en vervolgens op Enter.
Hiermee worden de faxopties weergegeven en de faxmodus
geselecteerd.
4
Druk op
totdat Snelkiescombinaties wordt weergegeven en
druk vervolgens op Enter.
5
Druk op
totdat het gewenste vooraf ingestelde nummer wordt
weergegeven.
Snelkiescombinaties wordt alleen weergegeven als u
snelkiesnummers hebt ingesteld. Zie Snelkiezen instellen op
pagina 49 voor meer informatie.
6
Om de andere opties te wijzigen drukt u net zolang op Faxen of
Opties totdat de optie verschijnt die u wilt wijzigen.
7
Druk op
om door de instellingsopties te bladeren. Als de
gewenste instelling wordt weergegeven, drukt u op Enter om de
instelling te selecteren.
Zie Resolutie en contrast instellen op pagina 46 voor meer
informatie over het wijzigen van faxinstellingen.
8
Druk op Starten, Zwart of op Starten, Kleur.
de faxfuncties gebruiken