Opstellen van het scherm
Om een zo goed mogelijk beeld te verkrijgen, plaatst u de projector loodrecht ten opzichte van het scherm
met alle stelvoetjes plat en horizontaal op de ondergrond.
Opmerking
• De lens van de projector moet voor het midden van het scherm worden geplaatst. Als de horizontale lijn die
door het midden van de lens loopt niet loodrecht staat ten opzichte van het scherm, zal het beeld worden
vervormd, wat het bekijken ervan bemoeilijkt.
• Voor een optimaal beeld plaatst u het scherm zo dat het zich niet in direct zonlicht of kamerverlichting
bevindt. Licht dat direct op het scherm valt, zal de kleuren doen verbleken,
wat het bekijken van beelden bemoeilijkt. Doe de gordijnen dicht en dim de
verlichting wanneer u het scherm opstelt in een zonnige of fel verlichte ruimte.
Standaardopstelling (frontprojectie)
■ Zet de projector op de juiste afstand van het scherm voor
de door u gewenste schermgrootte.
Voorbeeld van een standaardopstelling
Schermformaat: 100 inch (254 cm) REK-modus: 16:9 (als de standaardzoomlens aangebracht is)
Zijaanzicht
Scherm
H2
8
11
/
" (20,8 cm)
64
Bovenaanzicht
Scherm
Midden van het scherm
-2
De afstand tussen het scherm en
•
de projector kan verschillen
afhankelijk
Midden van de lens
schermgrootte.
Onderste positie voor
U kunt de standaardinstellingen
•
'lens shift'
gebruiken wanneer de projector
(plafondinstallatie)
voor het scherm wordt geplaatst.
Midden van de lens
Bij het projecteren van een
spiegelbeeld of omgekeerd beeld
Bovenste positie voor
zet u de instelling op "Voor" in het
'lens shift'
(bureau-installatie)
menu "Projectie".
van de gebruiksaanwijzing van de
projector.)
Midden van de lens
Plaats de projector zodanig dat
•
de horizontale lijn die door het
midden van de lens loopt
loodrecht staat ten opzichte van
Uiterst linkse positie
voor 'lens shift'
het scherm.
Midden van de lens
Uiterst rechtse positie
voor 'lens shift'
van
de
(Zie bladzijde 84