Steekplaten
9 mm
Stiksteekplaat
Transporteur en stoftransport
Laat het naaiwerk gelijkma-
tig onder de naaivoet
doorglijden!
B
A
Trekken, duwen of tegen-
houden van de stof
veroorzaakt onregelmatige
steken.
032299.53.05_1204_B830_NL
Markeringen op de steekplaat
►
de steekplaten zijn van lengte- en dwarsmarkeringen,
alsmede van diagonale markeringen in mm en inch
voorzien
►
de markeringen dienen als hulpmiddel bij het naaien,
bijv. voor exact doorstikken
►
dwarsmarkeringen zijn handig bij het naaien van
hoeken, knoopsgaten, enz.
►
diagonale markeringen zijn een goed hulpmiddel bij het
quilten
►
de lengtemarkeringen hebben betrekking op de afstand
van de naald tot aan de markering
►
de insteek van de naald ligt bij positie 0 (= naaldstand
midden)
►
de maateenheden zijn rechts en links aangegeven, met
naaldstand midden als basis
Steekplaat verwijderen
►
zet de naaivoet en naald omhoog
►
zet de hoofdschakelaar op «0»
►
druk de steekplaat rechtsachter
hij kantelt
►
neem de steekplaat weg
Steekplaat bevestigen
►
leg de steekplaat op opening
beneden tot hij vastzit
Steekplaat verwisselen
Als de stiksteekplaat of de 5,5 mm
steekplaat wordt bevestigd, moeten in
het veiligheidsprogramma de overeen-
komstige instellingen worden gemaakt.
Zie blz. 35.
Bij elke steek verschuift de transporteur één stap. De
lengte van zo'n stap hangt van de gekozen steeklengte af.
Bij een korte steeklengte zijn de stappen ook heel klein. De
stof glijdt maar langzaam onder de naaivoet door, ook bij
maximale naaisnelheid, bijv. knoopsgaten en kordonnaden
worden met een zeer korte steeklengte genaaid.
B
naar beneden, zodat
A
en druk hem naar
23