Filminstellingen aanpassen
Filminstellingen kunnen worden aangepast vanuit de fi lmmenu's of
met behulp van het item B FILMINSTELLINGEN in de fotomenu's
(P 22).
•
Gebruik het item B FILMINSTELLINGEN in de fotomenu's om
snel instellingen aan te passen bij het opnemen van fi lms via de
(fi lmopname)-knop t (P 119).
•
De fi lmmenu's bevatten opties voor het opnemen van fi lms via de
ontspanknop in de (fi lm)-stand F (P 120).
•
Instellingen zoals frame rate en framegrootte kunnen worden
aangepast met FILMMODUS.
•
Gebruik INSTELLING MEDIA-OPN. voor taken zoals het kiezen van
het bestandstype, de bitsnelheid en de bestemming.
•
De scherpstelmodus wordt geselecteerd met behulp van G AF/
MF INSTELLINGEN > F SCHERPSTELMODUS in de fi lmmenu's.
Ongeacht de geselecteerde optie zal de camera automatisch over-
schakelen naar CONTINU AF wanneer GEZICHTSHERKENNING
AAN of ONDERWERPDETECTIE AAN is gekozen voor G AF/
MF INSTELLINGEN > g INST. GEZICHTS-/OOGHERKEN. of
4
INSTELLING ONDERWERPDETECTIE. Merk echter op dat het
kiezen van HANDMATG FOCUS wanneer GEZICHTSHERKENNING
AAN of ONDERWERPDETECTIE AAN is geselecteerd de gezichts-
herkenning en onderwerpdetectie uitschakelt.
O
•
Wijzigingen gemaakt met het item B FILMINSTELLINGEN in de fotomenu's
zijn ook van toepassing op de fi lmmenu's. Wijzigingen die in de ene set
menu's worden aangebracht, worden automatisch in de andere set toege-
past.
•
Het type geheugenkaart dat wordt ondersteund, hangt af van de geselec-
teerde optie voor B FILMINSTELLINGEN > INSTELLING MEDIA-OPN..
-
Video's met een bitsnelheid van 360 Mbps kunnen worden opgeslagen op
kaarten met een videosnelheidsklasse van V60 of hoger.
-
Video's met een bitsnelheid van 100 of 200 Mbps kunnen worden opge-
slagen op kaarten met een UHS-snelheidsklasse van 3 of hoger.
Scherptediepte
Kies lage f-waarden om achtergronddetails zachter te maken. Het diafragma kan
worden aangepast wanneer DIAFRAGMA AE of HANDMATIG is geselecteerd voor
B FILMINSTELLINGEN > OPNAMEMODUS.
92
Films opnemen