Snelgids
1.4 Programmeren
1.4.1 Programmeren via het lokale
bedieningspaneel (LCP)
NB
De frequentieomvormer kan ook vanaf een pc worden
geprogrammeerd via een RS-485-poort na installatie van
de MCT 10 setup-software. Deze software is te bestellen
met behulp van bestelnummer 130B1000 of te
downloaden via de Danfoss-website: www.danfoss.com/
BusinessAreas/DrivesSolutions/softwaredownload
1.4.2 Lokaal bedieningspaneel *LCP)
Onderstaande instructies gelden voor het FC101 LCP De
functies van het LCP zijn onderverdeeld in vier groepen.
A. Alfanumeriek display
B. Menutoets
C. Navigatietoetsen en indicatielampjes (leds).
D. Bedieningstoetsen en indicatielampjes (leds)
1
2
1-20 Motor Power
3
A
[5] 0.37kW - 0.5HP
Setup 1
4
Status
B
Menu
6
Com.
C
10
On
7
Warn.
8
Alarm
9
Hand
D
On
13
Afbeelding 1.26
A. Alfanumeriek display
Het LCD-display is voorzien van achtergrondverlichting en
2 alfanumerieke regels. Alle gegevens worden op het LCP
weergegeven.
VLT HVAC Basic Drive Snelgids
5
Main
Quick
Menu
Menu
11
12
OK
11
11
O
Auto
Reset
On
14
15
MG18A310 – VLT® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss
Op het display kunnen diverse gegevens worden
afgelezen.
1
Nummer en naam van de parameter
2
Parameterwaarde
3
Het setupnummer toont het nummer van de actieve setup
en het nummer van de setup die wordt gewijzigd. Als de
actieve setup ook de te wijzigen setup is, wordt alleen het
nummer van deze setup getoond (fabrieksinstelling).
Wanneer de actieve en de te wijzigen setup niet dezelfde
zijn, worden beide nummers op het display weergegeven
(Setup 12). Het nummer van de te wijzigen setup zal
knipperen.
4
De draairichting van de motor wordt linksonder op het
display aangegeven door middel van een pijltje dat
rechtsom of linksom wijst.
5
Het driehoekje geeft aan of het LCP de status, het
snelmenu of het hoofdmenu weergeeft.
Tabel 1.20
B. Menutoets
Gebruik de [Menu]-toets om te schakelen tussen status,
snelmenu en hoofdmenu.
C. Navigatietoetsen en indicatielampjes (leds).
6
Com-led: Knippert wanneer de bus bezig is met
communiceren.
7
Groene led/On: geeft aan dat de besturingssectie werkt.
8
Gele led/Warn.: geeft een waarschuwing aan.
9
Knipperende rode led/Alarm: geeft een alarm aan.
10 [Back]: brengt u een stap of laag terug in de navigatie-
structuur.
▲
▼
11 Pijltjestoetsen [
] [
]: dienen om te wisselen tussen parame-
tergroepen, parameters en om te bewegen binnen
parameters. Kan ook worden gebruikt voor het instellen van
de lokale referentie.
12 [OK]: dient om een parameter te selecteren en om
wijzigingen van de parameterinstelling te accepteren.
Tabel 1.21
1
1
19