4 - PARAMETERS VAN DE INSTALLATIE
Voor het wijzigen van de parameters van de installatie is een terminal met display noodzakelijk (wandterminal met display,
ingebouwde terminal met display of afstandsbediening met radiofrequentie).
Om de parameter instelmode te openen, moet u tegelijk drukken op de toetsen stand-by
5 seconden, en daarna 2 keer drukken op de toets
stand-by
gedurende 5 seconden.
Men selecteert een parameter door te drukken op de toetsen
de toets stand-by
. Om een wijziging van een parameter te bevestigen, drukt u op de toets stand-by. Om de parameter
instelmode te verlaten, drukt u op de toets ventilatie
Als een parameter instelling is veranderd en men terugkeert in de normale werkingsmodus, wordt het display van de terminal even
donker en toont daarna het versienummer (bijvoorbeeld 101) gedurende ongeveer 5 seconden, de tijd die nodig is voor het
herconfigureren van de regelaar voordat de normale weergave terugkomt.
Parameter
Naam
P00
Master / Slave / Autonoom
P01
Zonenummer
P02
Comfort instelpunt verwarming
P03
Comfort instelpunt koeling
P04
Instelpunt Stand-by verwarming
P05
Instelpunt Stand-by koeling
P06
Instelpunt spaarstand verwarming
P07
Instelpunt spaarstand koeling
P09
Lage uitblaaslimiet
P10
Hoge uitblaaslimiet
P11
Instelbereik instelpunten comfort
P12
Instelpunt luchtkwaliteit
Optie voor de werking in de
P13
comfortstand
Instelpunt ontvochtiging
P14
(indien optie = ontvochtiging)
Selectie temperatuursensor (indien
P24
toepassing gerecyclede lucht)
P25
Kalibrering van de sensor S1
P26
Kalibrering van de kamersensor
P27
Bovenste change-over drempel
P28
Onderste change-over drempel
Ventilatie in neutrale zone
P40
comfortstand
en tot slot drukken op de toets stand-by
en
.
Uitleg
De regelaar moet informatie hebben of hij master of slave of
alleen is.
0 = individueel
1 = Master
2 = Slave via autorisatie warm / koud
3 = Slave via binnentemperatuur
4 = Slave via stand van de schakelaars
Zonenummer gebruikt voor de configuratie van een KNX-
installatie in Push Button mode.
Instelpunt voor de regeling van de verwarming in
de comfortstand
Instelpunt voor de regeling van de koeling in
de comfortstand
Instelpunt voor de regeling van de verwarming in
de Stand-by stand
Instelpunt voor de regeling van de koeling in
de Stand-by stand
Instelpunt voor de regeling van de verwarming in
de spaarstand
Instelpunt voor de regeling van de koeling in
de spaarstand
Instelpunt waaronder de beperking van de temperatuur van de
uitgeblazen wordt geactiveerd
Instelpunt waarboven de beperking van de temperatuur van de
uitgeblazen wordt geactiveerd
Liniaal voor de maximum verschuiving +/- van het instelpunt
voor apparaten met kamermeting
Als een luchtkwaliteitsensor aanwezig is op de KONNEX-bus:
ingestelde luchtkwaliteit uitgedrukt in ppm, met een vaste
hysteresis van 200 ppm:
0 = Functie inactief
0,1...5,0 = Instelling in duizend ppm
0 = Inactief
1 = Functie ontvochtiging
Als een hygrometrische sensor aanwezig is op de KONNEX-
bus, blijft de ontvochtigingsfunctie ingeschakeld zolang de
luchtvochtigheid boven het instelpunt is:
0 = Inactief
1... 100 = Instelpunt
Selectie van de regelsensor
0 = Voorrang retoursensor
1 = Voorrang kamersensor
Correctiefactor voor de sensor S1 (retoursensor of
uitblaassensor naargelang de toepassing).
Correctiefactor voor de kamersensor
Bovenste change-over drempel bij 2 buizen voor de detectie van
warm water vergeleken met de kamertemperatuur
Onderste change-over drempel bij 2 buizen voor de detectie van
warm water vergeleken met de kamertemperatuur
In de neutrale zone van de comfortstand, kan de ventilator de
hele tijd werken, compleet gestopt zijn, of een periodieke
werking hebben:
0 = ventilatie uit
1 = permanente ventilatie alle seizoenen
2 = permanente ventilatie in de zomer
3 = periodiek starten van de ventilatie
NL-7
, ventilatie
. Om de waarde van een parameter te lezen, drukt u op
Regelbereik
0...16
5...40
stappen van 0,5
5...40
stappen van 0,5
5...40
stappen van 0,5
5...40
stappen van 0,5
5...40
stappen van 0,5
5...40
stappen van 0,5
5...35 resolutie van 0,5
20...70 resolutie van 0,5
0,0...9,5 resolutie van 0,5
0...5,0
stappen van 0,1
0...100
-9,9...+9,9 resol. 0,1
-9,9...+9,9 resol. 0,1
0/-20
0:1:2:3
en
gedurende
en tot slot drukken op de toets
Standaardwaarde
0...4
0
0
19.0
26.0
17.0
28.0
14.0
32.0
16.0
40.0
4.5
1.0
0:1
0
100
Naargelang
0:1
de toepassing
0
0
0/20
7
-4
Naargelang
de toepassing
V3000 KNX