6. Stroomvoorziening
6.1.
Aan-/uitschakelaar
Klap het notebook open en houd de aan/uit-schakelaar even ingedrukt om het
notebook in of uit te schakelen.
Het statuslampje informeert u over de huidige energietoestand. Onafhankelijk van
het besturingssysteem wordt de notebook uitgeschakeld, wanneer de schakelaar
langer dan 4 seconden ononderbroken wordt vastgehouden.
OPMERKING!
Schakel uw notebook niet uit, terwijl de harde schijf of het
optische station actief zijn en de toegangslampjes bran-
den. Anders kunnen er gegevens verloren gaan. Om de
harde schijf te beschermen moet u na het uitschakelen
van de notebook steeds minstens 5 seconden wachten
voor dat U deze opnieuw aanschakelt
6.2.
Gebruik op het lichtnet
Uw notebook is voorzien van een universele voedingsadapter die zichzelf automa-
tisch instelt op de beschikbare voedingsspanning. De volgende voedingsspannin-
gen worden ondersteund: AC 100 - 240V~/ 50 - 60 Hz. Neem de veiligheidsinstruc-
ties met betrekking tot de voeding in acht.
De adapter wordt met behulp van een kabel op het lichtnet aangesloten. De gelijk-
spanningskabel van de voedingsadapter wordt aangesloten aan de linkerkant van
het notebook (9).
De adapter is voorzien van een aan/uit-schakelaar (optioneel). Wanneer de scha-
kelaar op UIT(0) staat, wordt geen stroom verbruikt en wordt het apparaat niet ge-
voed.
De adapter levert stroom aan het notebook wanneer de schakelaar op AAN (I) staat.
Daarnaast wordt in deze stand de accu opgeladen. De led's op het notebook geven
informatie over de werking en de status. De accu wordt ook opgeladen wanneer de
netvoeding tijdens het werken is aangesloten. De voedingsadapter verbruikt ook
stroom wanneer het notebook niet op de adapter is aangesloten. Trek daarom altijd
de stekker van de voedingsadapter uit het stopcontact wanneer het notebook niet
is aangesloten of zet de schakelaar op UIT (0).
LET OP!
Maak uitsluitend gebruik van de meegeleverde voedings-
adapter en netkabel.
.
23 van 72