Handset gebruiken voor ruimtebewaking
Ruimtebewaking inschakelen en
bestemmingsnummer invoeren
É
¢
¢
v
Ruimtebewaking
¤
Gegevens in meerdere regels wijzigen:
Inschakelen:
Inschakelen door
Oproep naar:
of
selecteren.
Intern
Extern
Extern nummer: nummer uit het tele-
foonboek selecteren (displaytoets
indrukken) of direct invoeren.
Intern nummer: displaytoets
¢
indrukken
handset selecteren of
allen, als u wilt dat alle aangemelde
handsets worden gebeld
In het rustdisplay wordt het bestem-
mingsnummer resp. het interne
bestemmingsnummer weergegeven.
Gevoeligheid:
Gevoeligheid van het geluidsniveau
(Laag
of Hoog) selecteren.
¤
Met
instellingen opslaan.
§Opslaan§
Het rustdisplay ziet er als volgt uit bij inge-
schakelde ruimtebewaking:
i
Ã
V
07:15
Á
INT 1
22 Okt
Ruimtebewaking
0891234567
Uit
Opties
64
Aan
te selecteren.
ö
§Wijzigen§
Aan
¢
.
§OK§
Bestemmingsnummer wijzigen
É
¢
¢
v
Ruimtebewaking
¤
Nummer invoeren en opslaan zoals
beschreven onder „Ruimtebewaking
inschakelen en bestemmingsnummer
¢
invoeren" (
pagina 64).
Ruimtebewaking annuleren/
uitschakelen
Druk op de verbreektoets a om de
oproep tijdens ruimtebewaking te annu-
leren.
Druk in de ruststand op de displaytoets
om de functie Ruimtebewaking uit te
§Uit§
schakelen.
Ruimtebewaking op afstand
uitschakelen
Voorwaarden: het toestel ondersteunt
toonkiezen en er is een extern bestem-
mingsnummer ingesteld.
¤
De door de functie Ruimtebewaking
gestarte oproep beantwoorden en de
toetsen 9 ; indrukken.
Na het verbreken van de verbinding is de
functie uitgeschakeld. U ontvangt geen
nieuwe oproepen meer van de functie
Ruimtebewaking. De andere instellingen
van de functie Ruimtebewaking op de
handset (bijvoorbeeld geen belsignaal)
blijven ingeschakeld totdat u op de hand-
set de displaytoets
Uit§
De functie Ruimtebewaking opnieuw
inschakelen voor hetzelfde nummer:
¤
Functie opnieuw inschakelen en met
opslaan (
§Opslaan§
indrukt.
¢
pagina 64).