a. Plaats de functieschakelaar op de " Ω/
b. Schuif de beschermkap van de aansluitklem naar links. Verbind het rode
testsnoer met de V/Ω klem en het zwarte testsnoer met de COM klem.
c. Druk op de modusknop om de continuïteitscontrole-modus te selecteren. Het
symbool ".)))" moet op de display verschijnen.
d. Controleer of het display "OL" weergeeft. Sluit vervolgens de meetpunten
van de testsnoeren kort en kijk of het display "0" weergeeft en of de bieper
geactiveerd wordt.
e. Sluit de meetpunten van de testsnoeren aan op het te meten circuit. De
bieper wordt geactiveerd bij een weerstand van ± 50Ω is of minder.
OPMERKING
● Wanneer de meetpunten van de testsnoeren kortgesloten worden, geeft
het display een zeer kleine weerstand weer in plaats van "0". Dit is de
weerstand van de meetsnoeren en dus geen fout.
● Wanneer de testsnoeren stuk zijn, geeft het display "OL" weer.
6-7 MAX.-METING (Reactietijd: 400ms)
De max meetmodus wordt gebruikt om een maximumwaarde weer te geven
gedurende een bepaalde periode.
Deze functie is beschikbaar in alle bereiken behalve weerstand.
● Doe geen metingen op een circuit van meer dan 750V AC of 1000V DC.
Dit kan een elektrische schok veroorzaken.
● Doe geen metingen wanneer het deksel van het batterijvakje verwijderd is.
● Doe geen metingen wanneer de testsnoeren verbonden zijn met het
toestel.
a. Plaats de functieschakelaar op de gewenste positie.
b. Druk op de modusknop om de Max meetmodus te selecteren. Op het
display verschijnt "MAX".
c. Om een correcte uitlezing te bekomen, drukt men éénmaal op de
nulinstellings-/resetknop, nadat men met de klauwen de geleider heeft
vastgeklemd of nadat men de testsnoeren op het circuit heeft aangesloten.
B
a l
k c
e t
t s
e l
a
d
R
e
d
e t
t s
e l
a
d
GEVAAR
— 32 —
".