11.2 DRUKSCHAKELAAR
Controleert de druk in het rookgaskanaal. Zij zal in de volgende situaties de vijzel blokkeren die de pellets laadt:
- afvoer verstopt
- aanzienlijke tegendruk (wind)
- rookdoorgangen verstopt
- tank voor het laden van de pellets open
- deur van de vuurhaard open of pakkingen versleten of beschadigd.
11.3 TEMPERATUURSONDE ROOK
Meet de temperatuur van de rookgassen en geeft toestemming om het product te starten, of stopt het als de temperatuur van de
rookgassen onder de van te voren ingestelde waarde daalt.
11.4 THERMOSTAAT IN CONTACT MET HET BRANDSTOFRESERVOIR
In de voorraadbak is een thermostaat met handmatige reset geïnstalleerd die in werking treedt als de temperatuurafwijking van
de voorraadbak de toegestane limieten overschrijdt. Hierdoor wordt de mogelijkheid uitgesloten dat de pellets in de voorraadbak
door oververhitting ontsteken.
"Alarm thermostaat": de thermostaat onderbreekt de elektrische voeding naar de transportschroef.
• Reset de fout met de toets P4. De kachel voert een "REINIGING" en "OFF" uit.
• Schroef het zwarte kapje los (zie Fig. 24 Fig. 25 Fig. 26), druk op het knopje en schroef het beschermkapje weer vast.
• Reinig de vuurpot en herstart de kachel met toets P4.
Fig. 23 - Manuele reset: bevindt zich onder de
Fig. 24 - Manuele reset: MODO AIRTIGHT
Fig. 25 - Manuele reset: MODO AIRTIGHT
kachel (FRAME 3)
11.5 ELEKTRISCHE BEVEILIGING
De ketel wordt door een hoofdzekering beveiligd tegen sterke stroomschommelingen. Deze zekering bevindt zich in het voe-
dingspaneeltje op de achterkant van de ketel. Er zijn andere zekeringen voor de beveiliging van de elektronische kaarten op deze
kaarten zelf gesitueerd.
11.6 ROOKGASVENTILATOR
Als de ventilator stopt, blokkeert de elektronische kaart onmiddellijk de pellettoevoer en wordt een alarmbericht weergegeven.
11.7 REDUCTIEMOTOR
Als de reductiemotor stopt met werken, blijft de ketel functioneren tot de vlam door gebrek aan brandstof uitgaat en het mini-
mum koelniveau wordt bereikt.
20
FRAME 3 - MODO AIRTIGHT