Setup-programma
3.3 Persoonlijke instellingen kiezen
> Tik op «Setup-programma».
> Tik op «Persoonlijke instellingen».
> Stel kleur en achtergrond van de display in.
> Tik op het tekstveld boven de kleurinstellingen.
> Voer een begroetingstekst in en bevestig dit.
3.4 Controlefuncties
Bovendraadcontrole instellen
> Tik op «Setup-programma».
> Tik op «Controlefuncties».
> Tik op de schakelaar bovenaan de display om de bovendraadcontrole uit te schakelen.
> Tik opnieuw op de schakelaar om de bovendraadcontrole in te schakelen.
Onderdraadcontrole instellen
> Tik op «Setup-programma».
> Tik op «Controlefuncties».
> Tik op de schakelaar onderaan de display om de onderdraadcontrole uit te schakelen.
> Tik opnieuw op de schakelaar om de onderdraadcontrole in te schakelen.
3.5 Geluid instellen
56
2
3
1
4