INHOUD
AFBEELDINGEN................................................. [1]
3. BEREIK .......................................................... 3
5. BEDIENING ................................................... 4
1. WAT TE DOEN VOOR GEBRUIK
Deze gebruikshandleiding is voor de volgende sys-
temen met standaard besturing. Voordat u het
systeem in gebruikt neemt, moet u uw Daikin dealer
raadplegen omtrent de juiste werking van uw
systeem.
Binnenunit
Buitenunit
Unit met
afstandsbe-
dieningg
OPMERKING
• Raadpleeg de handleiding van de afstandsbedi-
ening die u gebruikt.
Indien uw installatie een speciaal aangepast bestur-
ingssysteem is, vraag dan uw Daikin dealer om de
juiste werking van uw systeem.
• Model met warmtepomp
Dit systeem heeft standen voor koeling, verwarm-
ing, automatisch, programma droogwerk en ven-
tilator.
• Alleen voor koelunits
Dit systeem heeft standen voor koelen, pro-
gramma droogwerking en ventilator.
Nederlands
Unit zonder
afstandsbediening
(Wanneer deze
gebruikt wordt met
groepsbediening)
VOORZORGSMAATREGELEN VOOR
GROEPSBESTURINGS-SYSTEEM OF
BESTURINGS-SYSTEEM MET TWEE
AFSTANDSBEDIENING
Behalve individuele besturing (één afstandsbedien-
ing bestuurt één binnenunit) biedt dit systeem nog
twee andere besturingssystemen. Bevestig het vol-
gende indien uw unit het volgende besturings-
systeem gebruikt.
• Groepsbesturingssysteem
Eén afstandsbediening bestuurt maximaal 16 binne-
nunits. Alle binnenunits hebben dezelfde afstelling.
• Besturingssysteem met twee afstandsbedien-
ingen
Eén binnenunit met twee afstandsbedieningen
(ing geval van groepsbesturingsysteem, één
groep binnenunits).
De unit wordt individueel bediend.
OPMERKING
• Neem contact op met uw Daikin dealer bij het
veranderen van de combinatie of de instelling van
groepsbesturing en regelsystemen met twee
afstandsbedieningen.
Namen en functies van onderdelen
Zie afbeelding op pagina [1]
a Binnenunit
b Buitenunit
c Afstandsbediening
d Inlaatlucht
e Uitlaatlucht
f Luchtuitblaas
g Luchtstroomklep (bij luchtuitlaat)
Leiding voor koelmiddel, aansluiting elek-
h
trische draad
i
Afvoerpijp
Luchtinlaat
j
Het ingebouwde luchtfilter verwijdert stof en
vuil.
Aarddraad
k
Leg een aardingsdraad aan vanaf de buite-
nunit, om elektrische schokken te voorkomen.
1