PAS
AirPack 2
®
Ademlucht-toevoersysteem
Raadpleeg tevens de eisen voor het reinigen en desinfecteren van alle
bijbehorende ademapparatuur.
●
Gebruik alleen schone pluisvrije doeken
1. Reinig de PAS AirPack 2 handmatig met een doek die is bevochtigd
met een reinigingsoplossing en verwijder overtollig vuil.
2. Raadpleeg document 9100081 op www.draeger.com/IFU voor meer
informatie over de juiste reinigings- en desinfectiemiddelen en
bijbehorende specificaties.
3. Spoel alle onderdelen grondig af met schoon water om alle reinigings-
en desinfectiemiddelen te verwijderen.
4. Droog alle onderdelen met een droge doek of aan de lucht.
5. Neem contact op met het servicepersoneel of met Dräger als
pneumatische onderdelen weer moeten worden gedemonteerd.
6
Opslag
Bewaar de apparatuur op een locatie waar de temperatuur tussen -15 °C
en +25 °C blijft. Zorg ervoor dat de omgeving droog en vrij van stof en vuil
is, en de apparatuur in de omgeving niet wordt blootgesteld aan slijtage of
schade. Sla de apparatuur niet op in direct zonlicht.
7
Afvoeren
Verwijder de PAS AirPack 2 af in overeenstemming met de nationale of
lokale afvalverwijderingsvoorschriften.
8
Technische gegevens
Gebruikscondities
●
Temperatuur: -30 tot +60 °C.
●
Toepassingsgebied: geschikt voor binnen- en buitengebruik.
Hogedruk
●
Inlaatconnector: 200 bar of 300 bar, standaard G5/8" connector
conform EN 144-2.
●
Inlaat: 'K'-ademluchtcilinder (50 liter) 200 bar of 300 bar.
Middendruk
●
Inlaat- en uitlaatconnectoren: Dräger-snelconnectoren (compatibel
met CEJN 344 en Rectus 95KS-serie).
●
Inlaat en uitlaat: 6 tot 10 bar (8 bar nominaal) ademlucht bij een
flowsnelheid van > 600 liter/min. Belangrijke aanwijzing: 10 bar mag
niet worden overschreden.
Fluitwerking
●
Hogedruk-fluitsignaal start in het bereik: 60 tot 50 bar.
●
Middendruk-fluitsignaal start in het bereik: 5 tot 4 bar.
●
Fluitsignaal stopt in het bereik: 1,75 tot 0 bar.
●
Volume fluittoon: > 90 dBA.
9
Compatibele airline-systemen en
configuraties
Apparatuur ademluchtvoorziening
Externe middendruktoevoer, zoals
een ringlijn (zie hoofdstuk 8 voor
specificaties en connectortype)
Hogedrukcilinders (zie hoofdstuk 8
voor specificaties en connectortype)
Dräger-apparatuur voor toevoer, regeling en bewaking
Dräger PAS AirPack 2
Airline-systeem (goedgekeurd conform de relevante EN-norm)
Verlengslang (lengtes variërend van
3 m tot 50 m leverbaar door Dräger)
Y-stuk
Slanghaspel (Dräger-slanghaspel is
berekend op 50 m slang)
Luchtlijnfilterunit
In-line middendruk-fluit
Ademluchttoestel
Luchtlijn-set (EN 14593-1)
Vlucht/luchtlijn-set met automatisch
omschakelventiel (ASV) en
luchtlijnconnector
(EN 402/EN 14593-1)
Werkset met automatisch
omschakelventiel (ASV) en
luchtlijnconnector
(EN 137/EN 14593-1)
9.1
Configuraties airline-systeem
WAARSCHUWING
!
Het airline-systeem moet compatibel zijn met in de handleiding
van het ademluchttoestel gespecificeerde inlaatdruk en flow.
Onjuiste configuraties kunnen resulteren in een onvoldoende
luchtflow naar de dragers van de ademluchttoestellen of de kans
op problemen met de luchttoevoer vergroten.
9.1.1
Dräger-airline-systeem en -ademluchttoestel
Er zijn niet meer dan vijf koppelingen per lijn toegestaan aan de uitlaatzijde
van de PAS AirPack 2 (een Y-stuk wordt geteld als twee aansluitingen).
Daarnaast is de maximale lengte van de verlengslangen in totaal 100 m in
het hele systeem. De afbeeldingen hieronder (niet op schaal) geven een
paar voorbeelden van het maximumaantal verbindingen (C1 tot C5) en de
maximumlengte voor de verlengslangen die is toegestaan bij een
uitvoerconfiguratie met Dräger-apparatuur.
C3
C1
C2
50 m
15 m
15 m
(SLANGHASPEL)
Eén drager van een ademluchttoestel (met integrale slanghaspel)
C1
C2
50 m
15 m
15 m
(SLANGHASPEL)
Twee dragers van een ademluchttoestel (met integrale slanghaspel)
C4
C2
C3
C1
C4
30 m
50 m
(SLANGHASPEL)
Twee dragers van een ademluchttoestel (gebruik makend van de
uitlaataansluiting van de pneumatische unit en een stand-alone
slanghaspel)
9.1.2
Middendruk-inlaat
De middendruk-inlaat bestaat uit een bedrijfseigen luchtlijn of compressor met
een geschikte verlengslang en een filterunit, indien nodig. Airline-systeem dat
wordt gebruikt in de inlaatlijn moet compatibel zijn met de aangegeven
middendruk-inlaat specificatie (zie hoofdstuk 8).
Inlaat met verlengslang
Inlaat met Dräger-luchtlijnfilterunit
Gebruiksaanwijzingen
C4
C5
10 m
10 m
3764
10 m
C5
C4
C3
C4
C5
10 m
3763
10 m
C5
C5
10 m
3765
3767
3766
3354165 (A3-D-P) Pagina 3 van 3