> Trek de uiteinden van de vuldraad naar de achterkant van de stof (met een handnaainaald) en hecht deze
af of knoop ze vast.
9.6 Proeflapje
Maak altijd een proefknoopsgat op een stukje van de originele stof. U kunt het beste hetzelfde
verstevigingsmateriaal en hetzelfde soort knoopsgat selecteren als in het uiteindelijke project. Naai het
proeflapje ook in dezelfde richting als het project. Als eerst een proeflapje wordt gemaakt, kunt u de
instellingen aanpassen, totdat u tevreden bent over het resultaat.
Het voorstikken van knoopsgaten met de stiksteekknoopsgat nr. 59 is vooral goed bij alle dunne, losjes
geweven stoffen en voor knoopsgaten die sterk kunnen slijten. Verder kunt u knoopsgaten in leer, vinyl of
vilt voorstikken om ze steviger te maken.
Aanpassingen van de balans bij het handmatige standaard knoopsgat en het oogknoopsgat of het
afgeronde knoopsgat met lengtemeting hebben hetzelfde effect op beide kordons. Bij het handmatige
oogknoopsgat of het afgeronde knoopsgat hebben aanpassingen een tegengesteld effect op beide kordons.
Als de stekentellerfunctie wordt ingeschakeld en de balans wordt aangepast, hebben de aanpassingen een
verschillend effect op de beide kordons.
> Tik op «Knoopsgaten».
> Selecteer een knoopsgat.
> Selecteer de gewenste naaivoet en bevestig deze.
> Leg de stof onder de naaivoet en zet de naaivoet omlaag.
> Druk voorzichtig op het pedaal en begin met naaien. Geleid de stof losjes.
> Controleer de balans tijdens het naaien en stel deze naar behoefte in.
> Controleer het proeflapje en voer eventueel nog meer aanpassingen door.
9.7 Gleufbreedte van het knoopsgat
De breedte van de knoopsgatgleuf kan vóór het naaien worden ingesteld op 0,1 – 2,0 mm.
> Tik op «Knoopsgaten».
> Selecteer een knoopsgat.
> Tik op «i-dialoog».
> Tik op «Knoopsgatgleuf».
0.6
> Draai de Multifunctionele knop boven of de «Multifunctionele knop onder» om de gewenste breedte van
de knoopsgatgleuf in te stellen.
Knoopsgaten
103