Hoofdstuk 6
6.1 Onderhoudsplan
6.2 Reiniging van de sensor
Onderhoud
De volgende tabel is gebaseerd op ervaringswaarden en kan, afhankelijk van de
toepassing en het gebruik, sterk van de daadwerkelijke behoefte afwijken.
Onderhoudswerk
Sensor reinigen
De sensor op beschadigingen controleren.
Kalibratie (indien noodzakelijk)
In de sensor-setup kunt u de intervallen voor de kalibratie instellen. De controller
herinnert u dan wanneer de kalibratie moet uitgevoerd worden.
De behuizing van de sensor met een waterstraal zuiver maken. Indien nog vuil
achterblijft, een zachte, vochtige doek gebruiken.
90
jaarlijks
dagen
x
x
eventueel volgens
afspraak met de
met het toezicht
belaste diensten
19