MC3-FRUIT / MC3-COOL
Document no.:140451
Versie: 1.33
De elektrische ontdooiing kan ook "geavanceerd" worden aangestuurd: De ontdooiing start zoals
hiervoor beschreven en stopt als de maximale ontdooitijd is verstreken. Tijdens de ontdooiing
worden de relais per verdamper aangestuurd op basis van de ontdooitemperatuur van de
verdamper, het temperatuur setpoint ontdooien (P0807) en de temperatuur differentie ontdooien
(P0808). Een relais wordt bekrachtigd als de ontdooitemperatuur beneden het temperatuur
setpoint ontdooien – temperatuur differentie ontdooien is. De relais bekrachtiging stopt als het
temperatuur setpoint ontdooien is bereikt.
Heetgas ontdooien in een ontdooigroep (P0802 > 0): Deze ontdooimethode vereist één of meer
andere cellen (binnen dezelfde ontdooigroep) die ko elen om heetgas te leveren. Het aantal
koelende cellen dat is vereist voor heetgas ontdooien kan worden ingesteld (P2402 e.a.). De
maximum tijd die een cel moet wachten op heetgas kan ook worden ingesteld. Als deze maximum
tijd is verstreken of er zijn te veel cellen die op heetgas wachten (P2401), dan kunnen andere cellen
worden geforceerd om te gaan koelen om heetgas te leveren. Of er cellen geforceerd worden om te
koelen en in welke volgorde kan worden ingesteld (P2406). Daarbij onderscheiden we de volgende
categorieën cellen:
"Voorkeurcellen": Dit zijn cellen die zijn aangemerkt als voorkeurcel met parameter P0120.
"Grootste koelvraag" cellen: Dit zijn cellen die (nog) niet koelen maar wel een koelvraag hebben.
Deze cellen worden in volgorde van afnemende koelvraag geforceerd om te gaan koelen.
"Standby cellen": Dit zijn cellen die staan ingesteld op de standbyfase.
Er worden zoveel cellen geforceerd om te gaan koelen, volgens de ingestelde volgorde, totdat het
vereiste aantal koelende cellen is bereikt.
Gedurende het ontdooien blijft de functie ventileren tijdens koelen van de verdampers uit. De
ontdooiing stopt automatisch als de einde-ontdooitemperatuur (P0852) is bereikt of de maximale
ontdooitijd (P0851) is verstreken. De ontdooiing wordt ook gestopt als er geen heetgas meer
beschikbaar is. Na het ontdooien vindt het uitdruppen, drukvereffenen B en een pumpdown plaats.
Na heetgas ontdooien kan de ventilatie worden vrijgegeven op tijd, ontdooitemperatuur of op een
combinatie van beide (P0872..P0874). Bij meerdere verdampers kan worden ingesteld (P0804) of
de de verdampers gelijktijdig of na elkaar worden ontdooid.
Heetgas ontdooien met eigen verdampers (P0802 = -1): Bij deze heetgas ontdooimethode
wordt geen heetgas van andere koelende cellen gebruikt maar van één of meerdere (eigen)
verdampers in dezelfde cel. Een ontdooiing wordt alleen gestart als er voldoende koelvraag is (>
P0880). Per ontdooiactie wordt er steeds één verdamper ontdooid. De volgende verdamper wordt
ontdooid (afhankelijk van P0810) na een ontdooi-intervaltijd of op de eerstvolgende realtime
ontdooi-starttijd (zie P0820..P0849). Het aantal eigen verdampers dat moet koelen om een eigen
verdamper te ontdooien kan worden ingesteld (P0881).
Pagina 9 van 100