Probleem
De camera wordt heet.
Opname
Probleem
Kan niet overschakelen naar de
opnamestand.
Er wordt geen beeld vastgelegd
wanneer de ontspanknop wordt
ingedrukt.
De camera kan niet scherpstellen.
Beelden zijn onscherp.
F10
Oorzaak/Oplossing
De camera kan heet worden bij het langdurig opnemen
van films, wanneer beelden worden verzonden met
behulp van een Eye-Fi-kaart of wanneer de camera wordt
gebruikt op een hete locatie; dit is geen storing.
Oorzaak/Oplossing
De camera kan niet naar de opnamestand gaan wanneer
hij via de lichtnetlaadadapter verbonden is met een
stopcontact.
• Wanneer de camera zich in de weergavestand bevindt,
drukt u op de knop A, de ontspanknop of de
b (e filmopname)-knop.
• Wanneer menu's worden weergegeven, drukt u op de
knop d.
• Batterij is leeg.
• Als het flitserlampje knippert, wordt de flitser
opgeladen.
• Het onderwerp bevindt zich te dicht bij de camera.
Probeer op te nemen met de macro-stand of de
onderwerpstand Autom. scènekeuzekn. of Close-up.
• Autofocus werkt niet goed met het onderwerp dat u
wilt fotograferen.
• Selecteer Automatisch voor AF-hulplicht in het
setup-menu.
• Zet de camera uit en weer aan.
• Gebruik de flitser.
• Verhoog de ISO-waarde.
• Schakel de elektronische vibratiereductie of de
bewegingsdetectie in.
• Gebruik BSS.
• Gebruik een statief om de camera tijdens de opname
te stabiliseren (als u tegelijk de zelfontspanner
gebruikt, zijn de resultaten nog beter).
A
–
A
17
32
6
24
53
41, 44, 57
71
98, E76
25
53
63, E39
98, E73,
E75
45, 63, E37
55