a. Kijk goed aan welke kanten de inkepingen 1 zich op de microprocessor
bevinden. Dit is van belang wanneer u de nieuwe microprocessor op de
systeemplaat aanbrengt.
b. Zorg dat er niets op de aansluiting valt zolang deze open is. Houd de con-
tactpunten zo schoon mogelijk.
6. Controleer of de microprocessorhouder helemaal open staat.
7. Verwijder het zwarte kapje 2 van de gouden contactpunten op de nieuwe
microprocessor 1 .
8. Houd de microprocessor zodanig boven de aansluiting dat de inkepingen in
de microprocessor op één lijn liggen met de nokjes in de aansluiting.
Belangrijk
Om te voorkomen dat de contactpunten van de microprocessor bescha-
digd raken, dient u de microprocessor beslist niet scheef te houden, wan-
neer u hem in de aansluiting steekt.
Hoofdstuk 2. Hardware vervangen
17