TT 51-SERIE
7.1.2 Thermokoppels
Het thermokoppel heeft twee elektrische geleiders van verschillende metalen, die aan een
uiteinde zijn aangesloten. Elk vrije uiteinde is aangesloten op een compensatiekabel, die weer is
aangesloten op een millivoltmeter. Dit circuit vormt een "thermisch circuit". Het punt waarop de
twee elektrische geleiders verbinding maken heet het meetpunt en het punt waar de
compensatiekabel verbinding maakt met de geleiders van de millivoltmeter heet de koude las.
Als het meetpunt van dit thermische circuit wordt verwarmd, kan een kleine elektrische
spanning (thermische spanning) worden gemeten. Als het meetpunt en de koude las echter
dezelfde temperatuur hebben, wordt er geen thermoelektrische spanning gegenereerd.
De hoogte van thermo-elektrische spanning, ook bekend als elektromotorische kracht (EMF), is
afhankelijk van het materiaal van het thermokoppel en de grootte van het temperatuurverschil
tussen het meetpunt en de koude las. Dit kan zonder hulpvoeding met de millivoltmeter worden
gemeten.
Simpel gezegd gedraagt het thermokoppel zich als een batterij; daar neemt de spanning ook toe
naarmate de temperatuur stijgt.
INFORMATIE!
De kenmerkende curves en toleranties van in de handel verkrijgbare thermokoppels zijn in
IEC 60584 gestandaardiseerd.
Figuur 7-2: Thermokoppel-meetcircuit, schematisch
1 Meetpunt t
2 Thermokoppel
3 Overgangslas t
4 Compensatiekabel / verlengkabel
5 Referentielas t
6 Koperen geleider
7 Spanningsmeter U
07/2020 - 4008308601 - MA TT 51 R03 nl
(warme las)
1
2
(koude las)
3
th
TECHNISCHE GEGEVENS
www.krohne.com
7
39