Aantal pompen
•
Aantal pompen / capaciteit (zie typeplaatje van de pomp(en)) selecteren en OK bedienen. De initialisatie
is afgesloten en op het display wordt het menu
weergegeven.
•
Bij de nominale grootten 2, 4, 7, 10 en 15 is één pomp ingebouwd.
•
Bij de nominale grootten 20, 25, 30, 35, 40, 50 en 60 worden twee pompen ingebouwd.
•
Kalibratie SonicControl
• Kalibratie van de SonicControl sensor.
• Afscheider tot onderrand afvoer volledig met vers water vullen
• Kalibratie uitvoeren als de afscheider niet in bedrijf is.
3.4
Voor het eerst vullen en druk controleren
•
Controleren of er geen vreemde voorwerpen en/of vuil in de vetafscheider zitten.
•
Gehele vetafscheider volledig met water vullen
•
Druktest uitvoeren, daartoe
• Beide deksels openen.
• de afvoer en toevoer met geschikte middelen afsluiten.
• de vetafscheider volledig
luchtbellen).
• de functionaliteit van afvoer en toevoer herstellen
3.4.1 Functiecontrole installatietype C
C
D E F
•
Pomp(en) inschakelen.
•
Door middel van visuele controle door het kijkglas controleren of door de perspijp <22> (zie Afb. [31]) water in
het installatiereservoir wordt gepompt.
•
Pomp(en) uitschakelen.
•
Controleren of het verse water kan worden toegevoerd.
Installatietype C is bedrijfsklaar gemaakt.
1)
Handmatig of bij installatietype F via besturingskast, handmatig bedrijf, functie
2)
tot 2 cm onder het deksel vullen.
016-527_NL
Montage
Systeeminfo
(tot overloop van installatie bij de afvoer <35>).
1
met water vullen en zekerstellen, dat er geen sprake is van lekkage (bijv.
2
32 / 63
met de zojuist uitgevoerde instellingen
Vullen
2023/06