Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Beschrijving Van De Onderdelen - SystemAir SAVE VTC 700 Installatie- En Servicehandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor SAVE VTC 700:
Inhoudsopgave

Advertenties

Service |
37
9.2.1

Beschrijving van de onderdelen

9.2.1.1 Ventilatoren
Ventilatoren hebben een externe rotor van het type EC, die traploos en afzonderlijk op 16-100% kan worden geregeld.
De motorlagers zijn voor de gehele levensduur gesmeerd en onderhoudsvrij. Om ze te reinigen kunnen de ventilatoren
worden uitgebouwd, zie "Gebruikershandleiding" voor meer informatie.
9.2.1.2 Filters
De af fabriek geïnstalleerde filters hebben filterkwaliteit M5/ePM10 50% voor het toevoerluchtfilter en M5/ePM10
50% voor het afvoerluchtfilter. Verontreinigde filters moeten worden vervangen. Nieuwe filtersets zijn bij uw installa-
teur en Systemair verkrijgbaar.
Filterkwaliteit F7/ePM1 60% kan worden geïnstalleerd voor toevoerluchtfiltering.
Het filtertype is met een label bovenop het filter aangegeven.
9.2.1.3 Ontdooiafsluiter
De ingebouwde bypass-klep (pos. 5 Figuur 11) is betrokken bij het ontdooien, koudeterugwinning en het regelen van
de toevoerluchttemperatuur van de unit. De motor van de afsluiter wordt geregeld via een analoog 0-10 V signaal.
Er zal een test uitgevoerd worden die de klep zal openen en sluiten als er vraag naar verwarming ontstaat en na het op-
starten van de unit. De aandrijving controleert of de bypass volledig kan sluiten. Als er binnen twee minute na de func-
tietest geen signaal wordt gedetecteerd, zal de waarschuwing Bypass-klep in de HMI verschijnen.
9.2.1.4 Warmtewisselaar
SAVE De VTC 700 is uitgerust met een uiterst efficiënte, tegenstroomwarmtewisselaar. De vereiste toevoerluchttempe-
ratuur wordt daarom gewoonlijk gehandhaafd zonder extra warmte toe te voegen.
De warmtewisselaar kan voor schoonmaken en onderhoud worden verwijderd, zie "Gebruikershandleiding" voor meer
informatie.
9.2.1.5 Condensbak en -afvoer
Afhankelijk van de relatieve luchtvochtigheid in de afvoerlucht, kan er condensatie voorkomen op de koude vlakken
van de warmtewisselaar. Het condenswater wordt verzameld in de condensbak (pos. 9 Figuur 11) aan de onderkant
van de unit en wordt aan iedere kant van de warmtewisselaar door de afvoer (pos. 10 Figuur 11) geleid. De aftapuitla-
ten zijn ½" van maat, met aan de buitenkant bedrade buisverbindingen (hoofdstuk 5.3.1).
9.2.1.6 Hoofdprintplaat
De hoofdprintplaat regelt alle functies en de unit.
Externe accessoires kunnen op de vrije klemmen van de hoofdprintplaat worden aangesloten.
9.2.1.7 Schakelkast
De schakelkast zit buiten de unit. Deze bevat een printplaat. Alle externe accessoires kunnen via de printplaat met de
unit worden verbonden met vrij configureerbare klemmen.
9.2.1.8 Temperatuursensoren
Vanuit de fabriek worden er drie temperatuursensoren (NTC, 10 kΩ) bij de unit meegeleverd:
• Toevoerluchtsensor (pos. 11 Figuur 11)
• Buitenluchtsensor (pos. 12 Figuur 11)
• Afvoerluchtsensor (pos. 13 Figuur 11)
De sensoren zijn bedraad naar de hoofdprintkaart. Zie het bedradingsschema voor meer informatie.
9.2.1.9 Vochtigheidssensor
Een sensor voor de Relatieve Vochtigheid (RHS/EAT) is in de fabriek in de unit gemonteerd en bevindt zich in het deel
van de afblaaslucht
De sensor meet ook de temperatuur van de retourlucht.
De sensor is aangesloten op de hoofdprintplaat. Zie bedradingsschema voor meer informatie.
21146713 | A004

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave