__ 5. Kies System devices in het scherm Work with DST Environment en druk op
__ 6. Kies Console mode in het scherm Work with System Devices en druk op
__ 7. Kies Operations console (Direct) op het scherm Select Console Type en druk
__ 8. Druk op F3 totdat u terug bent in het scherm Use Dedicated Service Tools
__ 9. Kies Start a service tool en druk op Enter.
__ 10. Kies Operator panel functions en druk op Enter.
__ 11. Kies de functietoets (F10) om het systeem uit te schakelen.
__ 12. Druk op Enter om te bevestigen dat u wilt afsluiten.
__ 13. Zet het systeem uit en haal de stekkers uit de werkstations en printers.
Kabel voor Operations Console aansluiten
__ 1. Verwijder de panelen. Raadpleeg "Panelen van de systeemeenheid" op
__ 2. Sluit de polsband aan om elektrostatische ontladingen te voorkomen die
__ 3. Als u een 270-systeemeenheid hebt, neemt u positie C07. Raadpleeg
__ 4. Sluit de Operations Console-kabel onderdeelnummer 97H7557 aan op de
__ 5. Sluit het andere uiteinde van de kabel aan op de eerste seriële poort van
__ 6. Moet de kabel voor het bedieningspaneel op afstand nog worden aangeslo-
4
Twinaxconsole vervangen door Operations Console (voorziening 5544) V5R2
Enter.
Enter.
op Enter.
Belangrijk: Zorg ervoor dat u nummer 2 typt en op Enter drukt, zelfs wan-
neer 2 al bestaat. Hierdoor wordt de waarde opnieuw geschreven.
Als u LAN hebt gekozen, gaat u naar het onderwerp Operations Console
in het Informatiecentrum.
(DST).
pagina 9.
de apparatuur kunnen beschadigen. Bevestig de klevende kant van het
folie op een ongeverfd oppervlak op de behuizing van de eenheid.
Opmerkingen:
a. Tref dezelfde voorzorgsmaatregelen als wanneer u zonder de polsband
zou werken. Met de 2209 Disposable Wrist Strap (wegwerppolsband)
kunt u statische elektriciteit beperken. Het risico van een elektrische
schok blijft echter altijd aanwezig bij het omgaan met elektrische appa-
ratuur, ook met de polsband.
b. Rol de polsband af en verwijder de verpakking van het koperfolie aan
het uiteinde.
c. Maak het koperfolie ergens op het metalen oppervlak van de behuizing
van de eenheid vast (elektrische aarde). Deze plek moet onbedekt en
ongeverfd zijn.
"Locaties van PCI-kaarten" op pagina 15 voor meer informatie.
Als u een 820-systeemeenheid hebt, neemt u positie C06. Raadpleeg
"Locaties van PCI-kaarten" op pagina 15 voor meer informatie.
Als u een 820-, 840- of 890-systeemeenheid hebt, neemt u positie C02.
Raadpleeg "Locaties van PCI-kaarten" op pagina 15 voor meer informatie.
juiste aansluiting op de 2771-, 9771-, 9793- of 9799-kaart.
de PC die fungeert als Operations console.
ten?
__
Nee: Ga verder met de volgende stap.