Inhoudsopgave
Advertenties
De nieuwe onderdelen
monteren
1. Smeer en monteer de nieuwe O-ringen op de fittingen
die u eerder hebt verwijderd van de wielmotoren.
2. Steek de fittingen in de openingen in de wielmotor, in
dezelfde positie als tijdens het verwijderen.
Opmerking: De linkerwielmotor is te herkennen aan
een gele stip of een ring op de motoras, zie Figuur 7.
1. Ring op as
3. Plaats de wielmotor op het frame. Monteer de
veerklem, de remadapter en de wielmotor aan het
frame met vier tapbouten van 1/2 x 3 inch.
4. Monteer de vier borgmoeren van 1/2 inch op de
tapbouten om de motor, de remadapter en de veerklem
aan het frame te bevestigen. Draai de schroeven vast
met een torsie van 91 tot 113 Nm. Zorg ervoor dat
de veerklem is geplaatst zoals wordt weergegeven in
afbeelding Figuur 6.
5. Monteer de remconstructie aan de remadapter met vier
tapbouten van 3/8 x 3/4 inch. Haal de tapbouten aan
met 27 tot 45 Nm.
6. Reinig de as van de wielmotor en de conus van de
wielnaaf grondig. Breng geen anti-seize of smeervet
aan op de naaf of de as van de wielmotor.
7. Steek de vierkante sleutel in het slot op de as van de
wielmotor. Lijn de wielnaaf uit met de vierkante sleutel
en schuif de wielnaaf op de as. Zet de naaf vast met de
borgmoer. Draai het bevestigingsmateriaal vast met
een torsie van 549 tot 671 Nm.
Belangrijk: Gebruik van een momentversterker
met een standaard momentsleutel wordt niet
aanbevolen, maar het is een mogelijk alternatief
als u geen momentsleutel hebt voor 678 Nm.
8. Verwijder de afdichtingen van de losgekoppelde
hydraulische leidingen en fittingen.
9. Bevestig de gaffel van de remkabel aan de remhendel
met behulp van een gaffelpen en een borgpen, indien u
deze eerder verwijderd hebt.
1
g019201
Figuur 7
10. Monteer de remtrommel, het voorwiel en de trekveer
aan de machine. Draai de wielmoeren vast met een
torsie van 95 tot 122 Nm.
11. Herhaal de procedure voor de andere wielmotor.
De componenten bijwerken
(indien nodig)
•
Reviseer de hydrostaat. Gebruik set 120-6285 (set -
revisie hydrostaat). Bij demontage van de hydrostaat
dient u de schade te fotograferen en over te leggen met
de testresultaten van het hydraulische systeem. Raadpleeg
de Onderhoudshandleiding voor de instructies van de
revisie van de hydrostaat.
•
Als de tandwielpomp niet geslaagd is voor de hydraulische
tests, demonteert en fotografeert u de componenten zoals
getoond op de volgende pagina; maak ze over samen met
de testresultaten. Vervang de tandwielpomp. Raadpleeg
de Onderhoudshandleiding voor instructies over de
vervanging van de tandwielpomp.
•
Als u tests uitvoert op een machine met CrossTrax
(vierwielaandrijving) waarbij de achterste motoren
vervangen moeten worden, is dit het moment om dit te
doen. Om de achterste motoren te vervangen, gaat u net
zo te werk als bij de voorwielmotoren; de procedure is
vrijwel dezelfde.
Hydraulische filters vervangen
Vervang de hydraulische filters als volgt:
•
Reinig de omgeving van het laadcircuit/de plaats waar
het stuurfilter (86–3010) wordt gemonteerd en plaats een
opvangbak onder het filter.
•
Verwijder het filter.
•
Smeer hydraulische vloeistof op de pakking van het
nieuwe filter.
•
Zorg ervoor dat de plaats waar het filter wordt bevestigd,
schoon is.
•
Monteer het filter met de hand totdat de pakking contact
maakt en draai deze vervolgens nog een halve slag verder.
•
Herhaal deze procedure bij het andere reservoirfilter
(94–2621).
•
Start de motor en laat deze ongeveer 2 minuten lopen om
lucht uit het systeem te verwijderen.
•
Zet de motor af en controleer op olielekkages.
Het hydraulische reservoir
reviseren
•
Monteer de componenten opnieuw op het hydraulische
reservoir.
8
Advertenties
Inhoudsopgave
