12.4.
Bluetooth
Via Bluetooth kunnen bestanden tussen lokale en aanges-
loten apparaten worden uitgewisseld.
12.4.1.
Bluetooth activeren
OPGELET!
Schakel deze optie voor draadloze net-
werken in wanneer u zich in een om-
geving bevindt waar deze optie kan
interfereren met kritische functies of ge-
voelige apparaten, zoals in vliegtuigen,
ziekenhuizen en andere medische in-
richtingen etc.
Tikt u op Apps > Instellingen en aansluitend op
Draadloos en netwerken.
Tik op Bluetooth > AAN, om deze functie te starten.
Tik op Apparaten zoeken, waar bij de betrokken ap-
paraten de Bluetooth-functie geactiveerd moet zijn.
OPMERKING!
Verschaft u zich voor deze procedure toegang
tot uw Bluetooth-apparaat en zorg dat het ap-
paraat zich in het ontvangstbereik van
ca. 10 m.
52 van 81