3. Draai het wiel naar voren en achteren totdat het wiel
helemaal op de as schuift en de sluitklem vastzit in de
sleuf op de as.
4. Herhaal deze procedure aan de andere kant van de
machine.
5. Pomp de banden op tot 83–103 kPa (12–15 psi).
6. Laat de machine voorzichtig van de kickstandaard
zakken door de machine langzaam vooruit te duwen
of de centrale onderste handgreepsteun op te tillen.
Op die manier laat u de kickstandaard terug naar zijn
normale stand bewegen.
4
Het motoroliepeil controleren
Geen onderdelen vereist
Procedure
Controleer het oliepeil in de motor; zie Het motoroliepeil
controleren (bladz. 17).
5
De grasmand monteren
Benodigde onderdelen voor deze stap:
1
Grasmand
Procedure
1. Neem de grasmand vast bij de handgreep (Figuur 9).
1. Grasmandhaken
Figuur 9
2. Leid de rand van de grasmand tussen de zijplaten van
het maaidek en over de voorste rol (Figuur 9).
3. Monteer de grasmandhaken over de framebeugel
(Figuur 9).
Belangrijk: In het geval dat u de grasmand laat vallen,
moet u de contactpunten van de bevestigingsarm aan de
onderrand van de mand controleren op schade (Figuur
10). Zet de contactpunten recht voor dat u de grasmand
opnieuw gaat gebruiken. Als u de grasmand gebruikt
terwijl de contactpunten van de bevestigingsarm
gebogen zijn, kunt u de messenkooi beschadigen.
G017385
1. Contactpunten van de bevestigingsarm
12
Figuur 10
1