De aanwijzingen in de bijhorende documentatie moeten in acht worden genomen. Waarmerk Alle benamingen die zijn voorzien van het symbool ®, zijn geregistreerde merken van de Siemens AG. De overige benamingen in dit document kunnen merken zijn waarvan het gebruik door derden voor eigen doeleinden de rechten van de eigenaar kan schenden.
Inhoudsopgave Inleiding..............................7 Doel van deze documentatie ....................7 Historie..........................7 Aanwijzingen bij de garantie ....................7 Behoedzame omgang met hulpbronnen................7 Vocht en infiltratie ....................... 8 Controle van de levering ...................... 8 Algemene opmerkingen ........................9 Veiligheidsinstructies ......................9 2.1.1 Gebruik op plaatsen waar ontploffingsgevaar kan heersen..........
Pagina 4
Referentiegasdebiet controleren..................64 8.3.6 Voorwaarden aan de meetgasingang ................. 64 8.3.7 Meetgaskanaal op dichtheid controleren ................65 SIPROCESS GA700 in bedrijf stellen ..................66 Reparatie en onderhoud........................71 Veiligheidsaanwijzingen..................... 71 Reiniging van het apparaat....................73 Veldbedieningsapparaat/veldmodule verwijderen............... 73 Foutgevallen........................75 Procedure voor retourzending ....................
Wij wijzen u erop dat de inhoud van de handleiding geen onderdeel vormt van een eerdere of bestaande overeenkomst, een toezegging of een wettelijke overeenkomst is of deze wijzigt. Alle verplichtingen van Siemens AG blijken uit de betreffende koopovereenkomst, die ook de volledige en geldige garantieregeling bevat. Deze overeengekomen garantiebepalingen worden in de handleiding niet uitgebreid of ingeperkt.
Inleiding 1.6 Controle van de levering Vocht en infiltratie LET OP Schade aan het apparaat door vocht en infiltratie Aangezien de originele verpakking van het apparaat slechts een beperkte bescherming biedt, kunnen vocht en infiltratie het apparaat beschadigen. • Gebruik minimaal de originele verpakking. •...
Algemene opmerkingen Veiligheidsinstructies WAARSCHUWING Ondeskundige wijzigingen aan het apparaat Door wijzigingen en reparaties aan het apparaat, met name in gebieden waar ontploffingsgevaar heerst, kunnen gevaren voor personeel, installatie en milieu ontstaan. • Wijzig of repareer het apparaat uitsluitend volgens de aanwijzingen in de handleiding bij het apparaat.
Beoogd gebruik in de zin van dit handboek betekent, dat dit product alleen gebruikt mag worden voor de in de catalogus en in de Technische beschrijving beoogde toepassingen en alleen in combinatie met door Siemens aanbevolen dan wel toegelaten externe apparaten en - componenten.
Mocht u nog meer informatie wensen die in deze handleiding niet opgenomen is, neem dan contact op met het plaatselijke SIEMENS-filiaal of uw SIEMENS- aanspreekpartner. Opmerking...
Pagina 12
Algemene opmerkingen 2.2 Informatie over het gebruik Typen 7MB3000-6AX00-abc0 • a = 0, 6 • b = A, B, C, D, E, F, G, H, J, K • c = H, J Veldmodule Typen 7MB3020-abc0-dAAe0 • a = 4, 5 •...
Algemene opmerkingen 2.2 Informatie over het gebruik 2014/35/EU Directive of the European Parliament and of the Council on the harmoni‐ sation of the laws of the Member States relating to the making available on the market of electrical equipment designed for use within certain voltage limits Richtlinie des Europäischen Parlaments und des Rates zur Harmonisierung der Rechtsvorschriften der Mitgliedstaaten über die Bereitstellung elektri‐...
Bij oudere apparaten kunnen de omschakeltijden tot 10 seconden en de veilige bedrijfstoestand tot 100 seconden duren. Let als u SIPROCESS GA700-apparaten in kritische processen inzet op de volgende aanwijzingen: • Bewaak de grenswaarden extern via de besturing. • Als er een optionele module 2.1 ingebouwd is, dan leest u de apparaatstatus af via de digitale uitgangen van de optionele module.
Beschrijving Overzicht Veldapparaat ① Veldbedieningsapparaat (VBA) ② Veldmodule (VM) Afbeelding 3-1 Veldapparatuur - overzicht ① ② Het veldapparaat bestaat uit het veldbedieningsapparaat en de veldmodule . Het veldbedieningsapparaat (VBA) wordt door een 7 meter lange kabel met de veldmodule (VM) verbonden.
Beschrijving 3.2 Veldmodule met OXYMAT 7-analysemodule Aan de onderzijde van de veldmodule bevinden zich de volgende aansluitingen: • Gasaansluitingen • Af fabriek voorgeïnstalleerde kabel voor elektrische en gegevenstechnische verbinding met het veldbedieningsapparaat. Opmerking Inbouw / uitbouw van de analysemodule De analysemodule is vast ingebouwd in de behuizing van de veldmodule. Een in- of uitbouw van de analysemodule is niet voorzien.
Beschrijving 3.3 Veldbedieningsapparaat Zie ook Aansluiten (Pagina 39) Veldbedieningsapparaat Veldbedieningsapparaat De onderstaande afbeelding geeft de opbouw van het veldbedieningsapparaat weer. ① Explosiebeveiligde behuizing (verwerkingsmodule en optionele module) ② Display ③ Toetsenbord ④ Ventilatie-eenheid ⑤ Kabelwartel aansluitleiding veldmodule ⑥ Klemmenkast Ex e-behuizing ⑦...
Beschrijving 3.4 Identificatie apparaat/module Informatie over de omgang met kabelschroefverbindingen Kabelschroefverbindingen aan het veldbedieningsapparaat zijn af fabriek beschermd met drie inlegringen van verschillende grootte tegen het binnendringen van ongewenste deeltjes. Neem de volgende instructies in acht: • Bewaar de inlegringen ook na aansluiting van het apparaat •...
Pagina 19
Beschrijving 3.4 Identificatie apparaat/module ① ② Omschrijving van het apparaat DataMatrix-code ③ ④ Serienummer Bestelnr. ⑤ ⑥ Versienummer Fabricagedatum Afbeelding 3-6 Typeplaatje veldbedieningsapparaat Veldapparaat Bedieningshandleiding, 05/2022, A5E35640457-07...
Beschrijving 3.4 Identificatie apparaat/module 3.4.2 Moduleplaatje Op de bovenkant van de module bevindt zich het moduleplaatje met het bestelnr. en overige belangrijke gegevens. ① ⑥ Modulevariant DataMatrix-code ECC 200 ② ⑦ Bestelnr. Fabricagedatum (maand.jaar) ③ ⑧ Extra aanduiding bij het be‐ Geïnstalleerde meetcomponenten (M1 ..
Beschrijving 3.5 Productiedatum 3.4.3 Waarschuwingsplaatje Het waarschuwingsplaatje is onder het typeplaatje aangebracht. Afbeelding 3-8 Waarschuwingsplaatje Op het waarschuwingsplaatje vindt u de volgende opmerking: WAARSCHUWING Alle deuren en afdekkappen mogen pas 10 minuten na de scheiding van de stroomvoorziening geopend worden. Demontage alleen door gekwalificeerd personeel Productiedatum Bouwjaar...
Beschrijving 3.7 Werkwijze OXYMAT 7 Werkwijze OXYMAT 7 Overzicht ① ⑦ Referentiegasingang Paramagnetisch meeteffect ② ⑧ Smoren Elektromagneet met wisselende stromingssterkte ③ ⑨ Microstromingsvoeler Meetgas- en referentiegasuitgang ④ ⑩ Referentiegaskanalen Trillingscompensatiesysteem (optioneel) ⑤ ⑪ Meetgasingang Microstromingsvoeler in trillingscompensatiesysteem (be‐ stroomd) ⑥...
Pagina 24
Beschrijving 3.7 Werkwijze OXYMAT 7 Meetprincipe Zuurstof is in tegenstelling tot andere gassen sterk paramagnetisch. OXYMAT 7-analysemodules gebruiken deze fysieke eigenschap voor het bepalen van de zuurstofconcentratie in gassen. Zuurstofmoleculen bewegen in een inhomogeen magneetveld altijd in de richting van de hogere veldsterkte.
Beschrijving 3.8 Bewaking van het referentiegas OXYMAT 7 Bewaking van het referentiegas OXYMAT 7 3.8.1 Aanwijzing LET OP Beschadiging van de microstromingsfilters De microstromingsfilters kunnen beschadigd raken door agressieve bestanddelen in het meetgas. Zorg dat de microstromingsfilters niet in aanraking komen met meetgas. Zorg daarom tijdens het bedrijf voor een continue toevoer van referentiegas.
Pagina 26
Beschrijving 3.8 Bewaking van het referentiegas OXYMAT 7 Veldapparaat Bedieningshandleiding, 05/2022, A5E35640457-07...
Toepassingsontwerp Algemene aanwijzingen WAARSCHUWING Ernstig lichamelijk letsel bij ontsnappen van giftige en/of corrosieve gassen Voer regelmatig een controle uit op dichtheid van het meetgaskanaal. WAARSCHUWING Ontsnappen van giftige of agressieve gassen Aangezien het - zij het ook begrensd - vrijkomen en zich ophopen van giftige of agressieve gassen in de behuizing niet met absolute zekerheid voorkomen kan worden, moet voor het meten van agressieve of toxische gassen de veldmodule met olievrije en droge spoellucht (bijv.
Een ongeschikte verpakking kan het apparaat tijdens het transport niet voldoende beschermen. Daardoor kan er transportschade ontstaan. Voor extra kosten die door transportschade ontstaan, is de firma Siemens AG niet aansprakelijk. • Zorg voor gepaste transportcondities. • Gebruik geschikte verpakkingen.
Toepassingsontwerp 4.3 Gastoevoerleiding/gasafvoerleiding Gastoevoerleiding/gasafvoerleiding WAARSCHUWING Geschiktheid van de gastoevoerleiding/gasafvoerleidingen Ongeschikte leidingen kunnen ernstig lichamelijk letsel en/of materiële schade veroorzaken. Als u het apparaat in explosiegevaarlijke zones gebruikt, geldt: • zorg dat alle gasleidingen voldoen aan de eisen voor het bedrijf in explosiegevaarlijke zones. Opmerking Foutieve meetwaarden bij het affakkelen van meetgas Bij affakkelen van meetgas kunnen drukschommelingen in de gasafvoerleiding voor onjuiste...
② Serviceradius om de VM ≥ 0,5 m ③ Opbouw van de VM op een montage-inrichting, ≥ 0,3 m bijv. Siemens-montageprofiel ④ Voedingskabel VBA → VM maximaal 7 m Afbeelding 4-1 Aanbouw-/opbouwsituatie en afstandsmaten Houd bij het ontwerp an de aan- resp. opbouw de volgende eisen aan: •...
Pagina 31
Toepassingsontwerp 4.4 Aanbouw-/opbouwsituatie • Veldmodule: verticale opbouw van de veldmodule op een geschikte montage-inrichting. Gebruik eventueel het Siemens-montageprofiel: → Annex (Pagina 85). • Houd rekening met de ligging, lengte en maximaal mogelijke buighoek van leidingen en kabels. Veldapparaat Bedieningshandleiding, 05/2022, A5E35640457-07...
Pagina 32
Toepassingsontwerp 4.4 Aanbouw-/opbouwsituatie Veldapparaat Bedieningshandleiding, 05/2022, A5E35640457-07...
Inbouwen/aanbouwen Veiligheidsaanwijzingen WAARSCHUWING Beveiliging tegen onjuist gebruik van het veldapparaat Gebruik het veldapparaat alleen binnen de op het typeplaatje aangegeven spanningsgrenzen. VOORZICHTIG Beschadiging van het folietoetsenbord Let erop dat bij het installeren van het apparaat het folietoetsenbord niet beschadigd raakt. WAARSCHUWING Met meetstof in aanraking komende delen ongeschikt voor meetstof Gevaar voor letsel en schade aan het apparaat.
Pagina 34
Inbouwen/aanbouwen 5.1 Veiligheidsaanwijzingen WAARSCHUWING Overschrijding van de maximale omgevings- of meetstoftemperatuur Explosiegevaar in gebieden waar ontploffingsgevaar heerst. Beschadiging van het apparaat. Zorg ervoor dat de maximaal toegestane omgevings- of meetstoftemperatuur van het apparaat niet overschreden wordt. Zie hiervoor de informatie in het hoofdstuk → Technische gegevens (Pagina 77).
Inbouwen/aanbouwen 5.2 Veldbedieningsapparaat LET OP Luchtcirculatie Let erop dat zich op de aanbouwlocatie geen warmte ophoopt. Zorg ervoor dat voldoende lucht rond het veldapparaat circuleert. Veldbedieningsapparaat 5.2.1 Wandmontage Werkwijze Voor de wandmontage van het veldbedieningsapparaat zijn in het bovenste deel van de behuizing 4 boorgaten met een diameter van 11 mm aangebracht.
Inbouwen/aanbouwen 5.3 Veldmodule Opmerking Afstand veldbedieningsapparaat en veldmodule in acht nemen De aan de veldmodule voorgeconfectioneerde aansluitkabel is 7 meter lang. Let bij het vaststellen van de montagelocaties van beide apparaten erop dat deze kabel geordend en krachtvrij gelegd kan worden. Veldmodule 5.3.1 Installeren...
Pagina 37
Inbouwen/aanbouwen 5.3 Veldmodule Opmerking Afstand veldbedieningsapparaat en veldmodule in acht nemen De aan de veldmodule voorgeconfectioneerde aansluitkabel is 7 meter lang. Let bij het vaststellen van de montagelocaties van beide apparaten erop dat deze kabel geordend gelegd kan worden. Let bij de inbouw op de geprefereerde montagerichting van de module. Opmerking Op montagerichting letten.
Pagina 38
Inbouwen/aanbouwen 5.3 Veldmodule Veldapparaat Bedieningshandleiding, 05/2022, A5E35640457-07...
Aansluiten Veiligheidsaanwijzingen WAARSCHUWING Gevaar door elektrische stroom Controleer of de aanwezige netspanning overeenkomt met de op het typeplaatje van het apparaat aangegeven spanning, met de technische gegevens en met het voor uw land geldige keuringscertificaat. WAARSCHUWING Gevaar door elektrische stroom De door de klant aan te sluiten netkabel kan door verkeerde montage in het apparaat beschadigd worden.
Aansluiten 6.2 Gereedschap veldapparaat WAARSCHUWING Onbeschermde kabeluiteinden Explosiegevaar in gebieden waar ontploffingsgevaar heerst, door onbeschermde kabeluiteinden. • Bescherm ongebruikte kabeluiteinden conform IEC/EN 60079-14. WAARSCHUWING Verkeerd leggen van afgeschermde kabels Explosiegevaar door vereffeningsstromen tussen het gebied waar ontploffingsgevaar heerst en het gebied waar geen ontploffingsgevaar heerst. •...
Aansluiten 6.3 Veldmodule Veldmodule 6.3.1 Gasaansluitingen Veiligheidsaanwijzingen WAARSCHUWING Ondichtheid van het gaskanaal Monteer de gasaansluitingen volgens montagevoorschrift van de fabrikant met een geschikte steeksleutel. Let daarbij op een onberispelijk vastschroeven van de contramoer. Anders bestaat het gevaar dat het gaskanaal ondicht wordt. WAARSCHUWING Vergiftigingsgevaar door vrijkomend gas De met meetgas in aanraking komende componenten moeten bestand zijn tegen het meetgas.
Aansluiten 6.3 Veldmodule Opmerking Afsluiten van de meetgasin- en uitgang Als u de meetgasin- en uitgang afsluit, moet u een wegstromen van het referentiegas waarborgen, bijv. via een 2-weg ventiel aan de meetgasuitgang. Schakel het referentiegas niet uit! Agressieve meetgassen kunnen de microstromingsvoeler vernietigen.
Aansluiten 6.3 Veldmodule Details over de vlamblokkeringen van de veldmodule Variant 1 Variant 2 ① ① Vlamblokkering veldmodule Vlamblokkering veldmodule, met buis ② ② Buisadapter Sluitkap ③ Wartelmoer ④ Sluitkap ⑤ Zegellak (zekering tegen onbevoegd losschroeven) Afbeelding 6-2 Gewijzigde vlamblokkeringen WAARSCHUWING Invoeren van toxische, agressieve of brandbare gassen Controleer bij het invoeren van toxische, agressieve of brandbare gassen de dichtheid van deze...
Aansluiten 6.3 Veldmodule Opmerking Buisleidingen Verbind de buisleidingen met de gasaansluitingen. Gebruik geschikte klemringen met wartelmoeren voor buisdiameter 6 mm. Het materiaal van de met gas in aanraking komende onderdelen (schroefverbindingen en klemringen) moet toereikend zijn voor de gebruikssituatie (roestvast staal of Hastelloy). 6.3.2 Veldmodule OXYMAT 7 aansluiten Overzicht...
Pagina 45
Aansluiten 6.3 Veldmodule Aansluiten Voor het aansluiten van de aansluitkabel van de veldmodule gaat u als volgt te werk: 1. open aan de behuizing van het veldbedieningsapparaat de middelste afdekkap. 2. Sluit de leiding aan op het aansluitblok volgens de bezettingstabel. Een overzicht van de bezetting van de aansluitingen vindt u ook aan de binnenzijde van de afgenomen afdekkap.
Aansluiten 6.4 Veldmodulekabel Veldmodulekabel Overzicht Met de hiernavolgend afgebeelde kabelinvoer van de veldmodulekabel verbindt u de veldmodule met het veldbedieningsaparaat: ① Invoerschroefdraadstuk ② Kegel ③ Klemring ④ Verbindingsstuk ⑤ Wartelmoer Afbeelding 6-5 Kabelinvoer veldmodulekabel Veldapparaat Bedieningshandleiding, 05/2022, A5E35640457-07...
Pagina 47
Aansluiten 6.4 Veldmodulekabel Installeren 1. Installatie voorbereiden: Afbeelding 6-6 Kabel: Installatie voorbereiden ④ ⑥ – Verbindingsstuk over kabel steken. ③ ⑥ – Klemring over kabel steken. – Kabelbuitenmantel en wapening blootleggen en verwijderen overeenkomstig de geometrie van de apparaten. – Bijkomend maximaal 18 mm van de buitenmantel van de kabel verwijderen en het ⑦...
Aansluiten 6.5 Veldbedieningsapparaat – Kabelinvoer in de behuizing van het veldbedieningsapparaat met een aanhaalmoment van ca. 50 Nm bevestigen. – Kabelinstallatie/bedrading in de behuizing van het veldbedieningsapparaat: → Veldmodule OXYMAT 7 aansluiten (Pagina 44). Zie ook Veldbedieningsapparaat (Pagina 48) Veldbedieningsapparaat 6.5.1 Opmerkingen bij de keuze van de aansluitleidingen Opmerking...
Aansluiten 6.5 Veldbedieningsapparaat 6.5.2 Aansluitblok Overzicht Alle elektrische aansluitingen en ook de signaalaansluitingen van het veldbedieningsapparaat bevinden zich op het aansluitblok op de DIN rail in het veldbedieningsapparaat. Sluit hier ook de van de veldmodule komende leiding aan. De kabelaansluitingen aan de apparaatzijde van de veldmodule zijn bij levering voorgeconfectioneerd.
Pagina 50
Aansluiten 6.5 Veldbedieningsapparaat Overzicht aansluitblok ① Aansluiting apparaatzijde ② Aansluiting klantzijde ③ Rij 1 - 35 ④ Rij 36 - 70 ⑤ Rij 36 - 70 ⑥ Rij 1 - 35 Afbeelding 6-10 Sterk verkleind overzicht van het aansluitblok Veldapparaat Bedieningshandleiding, 05/2022, A5E35640457-07...
Aansluiten 6.5 Veldbedieningsapparaat 6.5.3 Detail aansluitblok Bezetting van de aansluitingen De bezetting van de aansluitingen vindt u in de volgende deelgrafieken en de bijbehorende tabellen: ① Aansluiting apparaatzijde ② Aansluiting klantzijde ③ Rij 1 - 35 ④ Rij 36 - 70 ⑤...
Pagina 52
Aansluiten 6.5 Veldbedieningsapparaat DO 21/2 FM-12 DO 5/2 DO 21/3 FM-11 DO 5/3 DO 22/1 FM-13 DO 23/1 FM-16 DO 22/2 FM-15 DO 23/2 FM-18 DO 22/3 FM-14 DO 23/3 FM-17 ① Aansluiting apparaatzijde ② Aansluiting klantzijde ③ Rij 1 - 35 ④...
Aansluiten 6.5 Veldbedieningsapparaat FM-07 CANL FM-09 CANH FM-08 GNDPWR GNDPWR FM-06 P24V FM-03 GNDPWR FM-05 P24V FM-02 GNDPWR FM-04 P24V FM-01 Voor de aansluitingen geldt: Not connected Normal closed Center Normal open XX verwijst naar het op de ader van de aansluitkabel aangebrachte nummer. Verwijzingen naar de in- / uitgangen: •...
Aansluiten 6.5 Veldbedieningsapparaat 3. Steek de aansluitkabel door de bijbehorende kabelwartels. – Let in de behuizing op een geordende en spanningsvrije kabelgeleiding. – Gebruik de clips die in de behuizing aangebracht zijn. 4. Sluit de energiekabel aan op de beoogde klemmen van het aansluitblok. 5.
Pagina 55
Aansluiten 6.5 Veldbedieningsapparaat Afbeelding 6-14 Aansluitveld ethernet Werkwijze voor het aansluiten Opmerking Trekontlasting van de aansluitkabels Let erop de trekontlasting van de kabel wartel niet te overbelasten. Zorg voor een krachtvrij doorvoeren van de aansluitkabels. Installeer eventueel een externe trekontlasting. 1.
Pagina 56
Aansluiten 6.5 Veldbedieningsapparaat Veldapparaat Bedieningshandleiding, 05/2022, A5E35640457-07...
Bedienen Bedienen Informatie over het bedienen van het veldapparaat vindt u in de volgende bedieningshandboeken: • Bedienen met de Local User Interface, literatuuropgave →Tabel A-2 Literatuur 1 - bedieningshandboeken LUI (Pagina 86) • Bedienen met SIMATIC PDM, literatuuropgave →Tabel A-3 Literatuur 2 - bedieningshandboeken PDM (Pagina 86) WAARSCHUWING Inbedrijfstelling en werking bij storingsmelding...
Pagina 58
Bedienen 7.1 Bedienen Veldapparaat Bedieningshandleiding, 05/2022, A5E35640457-07...
Inbedrijfstelling Veiligheidsaanwijzingen Algemeen WAARSCHUWING Vergiftigingsgevaar door vrijkomend gas Draai alle wartelmoeren aan de gasaansluitwartels vast met een geschikte steeksleutel (sleutelbreedte 14 mm). Let daarbij op een onberispelijk vastschroeven van de contramoer. Anders bestaat het gevaar dat het gaskanaal ondicht wordt. WAARSCHUWING Ondeskundige inbedrijfstelling in explosiegevaarlijke zones Uitval van het apparaat of explosiegevaar op plaatsen waar ontploffingsgevaar heerst.
Inbedrijfstelling 8.2 Gaszuivering WAARSCHUWING Verlies van de explosiebeveiliging Explosiegevaar in gebieden waar ontploffingsgevaar heerst, door geopend of niet naar behoren gesloten apparaat. • Sluit het apparaat zoals in hoofdstuk →Inbouwen/aanbouwen (Pagina 33) beschreven. Opmerking Omgevingstemperatuur Let erop dat de omgevingstemperatuur tijdens het bedrijf in het toegestane bereik ligt. →...
Inbedrijfstelling 8.3 OXYMAT 7 OXYMAT 7 WAARSCHUWING Onjuist referentiegas Explosiegevaar bij gebruik in explosiegevaarlijke ruimtes. Gebruik als referentiegas voor brandbare media in explosiegevaarlijke ruimtes uitsluitend stikstof. Zorg er bovendien voor dat de druk van het referentiegas minimaal 2,2 bar (3,2 bar abs.) bedraagt. 8.3.1 Referentiegas Gebruik uitsluitend stikstof als referentiegas.
Pagina 62
Inbedrijfstelling 8.3 OXYMAT 7 Begeleidend gas (concentratie 100 vol.%) Nulpuntafwijking in vol.% O absoluut methanol -0,31 n-octaan -2,78 n-pentaan -1,68 isopentaan -1,49 propaan -0,87 propyleen -0,64 trichloorfluormethaan (R11) -1,63 vinylchloride -0,77 vinylfluoride -0,55 1,1-vinylideenchloride -1,22 Tabel 8-2 Nulpuntfout van edelgassen Begeleidend gas (concentratie 100 vol.%) Nulpuntafwijking in vol.% O...
Inbedrijfstelling 8.3 OXYMAT 7 Begeleidend gas (concentratie 100 vol.%) Nulpuntafwijking in vol.% O absoluut water -0,03 waterstof +0,26 Aangezien de nulpuntafwijkingen zich lineair gedragen, kan ook eenvoudig naar lagere dwarsgasconcentraties worden omgerekend. Bij dwarsgassen met vrijwel constante concentratie kan een dwarsgascorrectie met constante nulpuntverschuiving worden uitgevoerd in het te meten gas.
Inbedrijfstelling 8.3 OXYMAT 7 8.3.4 Referentiegas uit de drukgasfles Voor een voldoende meetcapaciteit moet de referentiegasdruk minimaal 2 000 hPa +/- 150 hPa boven de meetgasdruk liggen. 1. Gebruik bij een omvang van het meetgebied < 2 % een referentiegasleiding met volgende eigenschappen: –...
Inbedrijfstelling 8.3 OXYMAT 7 8.3.7 Meetgaskanaal op dichtheid controleren Controlevoorwaarden Voordat u met de controle op dichtheid begint, dient u aan de volgende controlevoorwaarden te voldoen: • Controleer de dichtheid bij bedrijfstemperatuur met lucht of stikstof (testgas). • De dichtheid wordt bepaald volgens de methode van drukverval. De hoogte van het drukverval levert de mate van dichtheid van de gasleiding op.
Inbedrijfstelling 8.4 SIPROCESS GA700 in bedrijf stellen SIPROCESS GA700 in bedrijf stellen Werkwijze Starten ① Productidentificatie ② Versiestand van de firmware van het apparaat ③ Weergave van de voortgang Afbeelding 8-1 Startscherm (splash screen) Veldapparaat Bedieningshandleiding, 05/2022, A5E35640457-07...
Pagina 67
Inbedrijfstelling 8.4 SIPROCESS GA700 in bedrijf stellen 1. Apparaat met spanning voeden: Informatie over de voedingsspanning van het apparaat vindt u in het hoofdstuk 'Bibliografie (Pagina 86)' en in de specifieke documentatie van het apparaat. Het bootproces begint. Het apparaat toont op het display als eerste het startscherm (splash screen).
Pagina 68
Inbedrijfstelling 8.4 SIPROCESS GA700 in bedrijf stellen Beknopte beschrijving van de gedetailleerde procedure Indien u de snelstartprocedure niet gebruikt, zet u het apparaat met de volgende bedieningsstappen in werking: 1. Hoofdmenu oproepen: – Schakel de meetwaardeweergave in de selectiemodus. Druk hiervoor op de toets <ENTER>.
Inbedrijfstelling 8.4 SIPROCESS GA700 in bedrijf stellen 8. Apparaat afstellen: [2.08] Instellingen > Afstellingen – Maak u vertrouwd met de principes van de afstelling. Bij de afstelling worden apparaatinterne karakteristieken gewijzigd. – Bereid de afstelling voor. Stel streefwaarden, afsteltoleranties en de stroomtijd van het meetgas in: [2.08.1] Streefwaarden, toleranties, stroomtijd...
Pagina 70
Inbedrijfstelling 8.4 SIPROCESS GA700 in bedrijf stellen Veldapparaat Bedieningshandleiding, 05/2022, A5E35640457-07...
Ontoelaatbare reparatie van apparaten in explosiebeveiligde uitvoering Explosiegevaar in gebieden waar ontploffingsgevaar heerst. • Reparatiewerkzaamheden mogen uitsluitend worden uitgevoerd door personeel dat door Siemens geautoriseerd is. WAARSCHUWING Giftige gassen Dit apparaat is ontworpen voor het bedrijf met licht corrosieve gassen. Daarom kunnen bij het openen van de gasleidingen gevaarlijke stoffen ontsnappen.
Pagina 72
Reparatie en onderhoud 9.1 Veiligheidsaanwijzingen WAARSCHUWING Onderhoud tijdens werking in een gebied waar ontploffingsgevaar heerst Explosiegevaar bij reparatie- en onderhoudswerkzaamheden van het apparaat in een gebied waar ontploffingsgevaar heerst. • Schakel het apparaat spanningsloos. - of - • Zorg voor een explosievrije atmosfeer (attest van vuurvergunning). WAARSCHUWING Ongeoorloofd toebehoren en ongeoorloofde vervangingsonderdelen Explosiegevaar in gebieden waar ontploffingsgevaar heerst of beschadiging van het apparaat.
Reparatie en onderhoud 9.3 Veldbedieningsapparaat/veldmodule verwijderen WAARSCHUWING Verkeerde aansluiting na onderhoud Explosiegevaar in gebieden waar ontploffingsgevaar heerst of beschadiging van het apparaat. • Sluit het apparaat na het onderhoud correct aan. • Sluit het apparaat na het onderhoud af. Zie hoofdstuk →Aansluiten (Pagina 39). Opmerking Stel aan de hand van eigen ervaringsgegevens en afhankelijk van de toepassing van het apparaat een onderhoudsinterval vast voor terugkerende controles.
Pagina 74
Reparatie en onderhoud 9.3 Veldbedieningsapparaat/veldmodule verwijderen Veldmodule afbouwen 1. Sluit de gastoevoer naar de veldmodule af. – Sluit steeds als eerste de toevoer van meetgas af. – Sluit de leiding van referentiegas pas af nadat de gaskanalen gespoeld zijn. 2. Spoel de gaskanalen van de veldmodule. –...
Reparatie en onderhoud 9.5 Procedure voor retourzending Zie ook Inbouwen/aanbouwen (Pagina 33) Aansluiten (Pagina 39) Technische gegevens (Pagina 77) Foutgevallen Tabel 9-1 Foutmeldingen Foutmelding Beschrijving Maatregelen Ongeldige configura‐ Er is geen analysemodule herkend. Voor het gebruik van het apparaat Monteer minimaal een analy‐ tie van het apparaat is minimaal een analysemodule vereist.
Pagina 76
Reparatie en onderhoud 9.5 Procedure voor retourzending Apparaten/vervangingsonderdelen zonder decontaminatieverklaring worden op uw kosten aan u teruggezonden. De formulieren vindt u op de meegeleverde cd. Meer informatie vindt u op: Begeleidingsformulier retourartikelen (https:// support.industry.siemens.com/cs/attachments/91000005/Rueckwaren- Begleitschein_Returned_Goods_Delivery_Note.pdf) Zie ook Decontaminatieverklaring (https://support.industry.siemens.com/cs/attachments/91000005/ declaration_of_decontamination_de.pdf) Veldapparaat...
Technische gegevens 10.1 Bepaling van de technische gegevens De bepaling van de technische gegevens is gebaseerd op de instructies van DIN EN 61207-1. Tenzij anders aangegeven hebben de hieronder vermelde gegevens betrekking op de volgende meetvoorwaarden. OXYMAT 7 Omgevingstemperatuur 25 °C Omgevingsdruk Atmosferisch (ca.
Pagina 78
Technische gegevens 10.2 Technische gegevens veldapparaat Tabel 10-3 Veldbedieningsapparaat: Elektrische kenmerken Elektrische kenmerken Hulpvoeding AC 100 ... 240 V (nominaal gebruiksbereik 85 ... 264 V) 50 ... 60 Hz (nominaal gebruiksbereik 47 ... 63 Hz) Vermogensopname Max. 280 VA EMC-ruisimmuniteit (elektromagneti‐ Volgens standaardeisen van NAMUR NE21 (05/2006) en sche compatibiliteit) EN 61326-1 (01/2008)
Technische gegevens 10.3 Technische gegevens OXYMAT 7 Tabel 10-7 Veldbedieningsapparaat: Kabelwartel Kabelwartel Diameter klembereik M20 x 1,5 6,1 ... 11,5 mm M20 x 1,5 9,1 ... 15,9 mm M20 x 1,5 12,5 ... 20,9 mm M25 x 1,5 14 ... 22 mm Retentievermogen conform DIN EN 50262 klasse B.
Pagina 80
Technische gegevens 10.3 Technische gegevens OXYMAT 7 Voorwaarden aan gasingang Druk referentiegas 2000 .. 4000 hPa boven de meetgasdruk Max. toelaatbaar: 5000 hPa (abs.) Drukverlies tussen in- en uitgang van het meetgas < 100 hPa bij 1 l/min Toelaatbaar bereik van het meetgasdebiet 18 …...
Pagina 81
Technische gegevens 10.3 Technische gegevens OXYMAT 7 Meetresponsie Meetwaardedrift in het nulpunt ≤ ± 0,5 % van het kleinste meetbereik / maand dan ≤ ± 50 vpm O / maand; de telkens hogere waarde geldt bij compensatiegas ≤ ± 0,5 % van de actuele meetwaarde / maand dan ≤...
Pagina 82
Technische gegevens 10.3 Technische gegevens OXYMAT 7 Elektrische in- en uitgangen Voor analoge en digitale aansluitingen zie gebruiksaanwijzing veldbedieningsapparaat Tabel 10-15 Klimatologische condities Klimatologische condities Toegestane omgevingstemperatuur • -30 ... +70 °C bij opslag en transport • +5 °C ... +55 °C bij regulier bedrijf •...
Maattekeningen 11.1 Veldbedieningsapparaat Afbeelding 11-1 Maatschets veldbedieningsapparaat, alle maatopgaven in mm Veldapparaat Bedieningshandleiding, 05/2022, A5E35640457-07...
Frans (fr-FR) A5E35640457 Nederlands (nl-NL) Tabel A-8 Literatuur 6 - Catalogussen Titel/ Adres Adres SIPROCESS GA700 → Catalogus AP 01 → Informatie- en downloadcentrum (https:// support.industry.siemens.com/cs/ww/en/view/ 109745623) Technische ondersteuning Technical Support Neem bij technische vragen contact op met de Technical Support.
Verdere ondersteuning Bij vragen over het gebruik van de in het handboek beschreven producten waar u hier geen antwoord op vindt, richt u zich tot uw Siemens-contactpersoon in de voor u bevoegde vertegenwoordigingen en filialen. Onze contactpersonen vindt u onder: Partner (http://www.automation.siemens.com/partner)
U ziet de lijst met de reserveonderdelen die voor uw apparaat beschikbaar zijn. 5. Selecteer een reserveonderdeel en voeg het toe aan uw observatielijst. De observatielijst verschijnt. 6. Klik op "Add to cart of Industry Mall". De Siemens Industry Mall verschijnt en u kunt uw reserveonderdeel bestellen. Veldapparaat Bedieningshandleiding, 05/2022, A5E35640457-07...
A.6 Retourzending Retourzending A.6.1 Technische ondersteuning/Service en Support • Technische ondersteuning op internet krijgt u op → Services&Support (https:// support.industry.siemens.com/cs/gb/en/sc) • Regionale Siemens-contactpersonen vindt u onder → Contactpersonen (https:// w3.siemens.com/aspa_app/) A.6.2 Retourzendingen Retourzending Opmerking Retourzending van gecontamineerde componenten van het apparaat...
Pagina 92
SIEMENS zal apparaten of vervangingsonderdelen die zonder decontaminatieverklaring teruggezonden worden, op uw kosten aan u terugzenden. SIEMENS voert alleen onderhoud uit op teruggezonden producten of vervangingsonderdelen die voorzien zijn van een decontaminatieverklaring, waarin bevestigd wordt dat de producten of vervangingsonderdelen correct gedecontamineerd werden en daardoor veilig gehanteerd kunnen worden.