Inhoudsopgave
Advertenties
Hermontage
OPMERKING: Set 15H886 bevat een motorkoppeling
(28), die al op de tandwieloverbrenging is geïnstalleerd.
De koppeling is geschikt voor gebruik met alle
elektromotoren van het type NEMA 182/184 TC Frame.
OPMERKING: Bestel voor het installeren van een
elektromotor van het type IEC 112M/B5 of 100L/B5
Frame de set Verloopstuk motor 15J893. Zie T
op pagina 30 en handleiding 311605.
1. Breng smeermiddel tegen vastlopen aan op de
boring van de koppeling.
2. Installeer de motor (19), zie pagina 30.
3. Zie A
. 30. Schroef de schuifcilinders (2) in de
FB
tandwieloverbrenging (1). Draai aan met 21-27 N•m
(15-20 ft-lb). Plaats de stelschroeven (31). Draai aan
met 3,4-3,9 N•m (30-35 in-lb).
4. Schroef de trekstangen (3) in het tandwielhuis.
Draai aan met 68-80 N•m (50-60 ft-lb).
5. Richt de onderpompen (22) naar de
tandwieloverbrenging (1) zoals aangegeven. Plaats
de onderpomp op de drijfstangen (3). Schroef de
borgmoeren van de trekstangen (15) op de
trekstangen. Draai de borgmoeren aan met
68-80 N•m (50-60 ft-lb).
6. Zie A
. 19 op pagina 25. Zorg dat de naden tussen
FB
de glijlagers (8) zijn uitgelijnd met de penopening
(PH) in de schuifzuiger (9).
7. Sluit de aandrijfverbinding aan. Zie stappen 14-19 op
pagina 25.
8. Verwijder de doek van de schuifcilinder.
9. Schakel de voeding in en stuur de motor aan om de
andere aandrijving onderaan zijn slag te brengen.
Herhaal de procedure om de andere onderpomp
aan te sluiten. Plaats de schermen (72) terug.
OPMERKING: Stap 10 geldt voor pompen met optioneel
sensorcircuit. Als uw pomp geen sensorcircuit heeft,
ga dan verder met stap 11.
3A4337E
10. Bij pompen met sensorcircuit:
a. Verwijder de plug uit de poort van de
TDC-sensor op de achterkant van de opening
voor de printplaat. Verwijder overtollig
afdichtmiddel uit het gebied.
b. Zie A
schroef de TDC-sensor (25b) in de poort.
1:
ABEL
Draai aan met een koppel van 7,4-8,8 N•m
(66-78 in-lb).
OPMERKING: De moeren van de TDC-sensor zijn
vergrendeld zodat ze juist zijn geplaatst. Stel dit niet af.
c. Installeer de printplaat (25c) en vier schroeven
(12).
d. Sluit de TDC-sensor (25b) aan op J2 op de
printplaat (25c).
e. Installeer de positiesensor en de
bevestigingsdelen in het tandwielhuis (1).
Zie pagina 22.
OPMERKING: De moeren van de positiesensor zijn
vergrendeld zodat ze juist worden geplaatst. Stel dit niet af.
f.
Zorg dat de geleidende trekontlasting (35)
goed in de behuizing is vastgeschroefd.
g. Sluit de kabel van de omvormer aan op J1 op de
printplaat (25c). Installeer het ferriet (76) rond de
stroomkabels van de omvormer.
h. Draai de moer (N) stevig vast op de geleidende
trekontlasting (35) zodat de aardingsdraad (G)
goed metaal-op-metaalcontact tussen de moer
en de bus (B) geeft.
i.
Zorg dat de geleidende trekontlasting (74a) goed
in de behuizing is vastgeschroefd. Bij eenheden
met een sensorcircuit moet de geleidende
trekontlasting worden gebruikt voor de juiste
aarding van de IS-velddraad.
. 31. Breng buisdichtmiddel aan en
FB
Repareren
35
Advertenties
Inhoudsopgave
