Herstelling
12. Controleer of de veer (42b) juist werkt, en of
de afdichting (42c) lichtjes in de pallen van
de afdichtingsbehuizing (42a) draait.
Wanneer de afdichting correct is geplaatst,
zal de veer flexibel zijn en zijn alle vier de
kruisgaten van de afdichting volledig
zichtbaar. Zie F
IG
juist en onjuist plaatsen van de afdichting.
Juist plaatsen van de afdichting
Kruisgat
Afdichting fout geplaatst
Kruisgat
F
. 53
IG
40
. 53 voor een voorbeeld van
TI12639a
TI12640a
13. Smeer de zijafdichting overvloedig en plaats
ze terug (42, 43). Gebruik de dopsleutel om
aan te draaien.
B
43
F
F
. 54
IG
14. Bevestig het voorste uiteinde, pagina 37.
15. Koppel luchttoevoer aan en haal de
pistooltrekker enkele keren over om op
lekken te controleren. Inspecteer de
mengkamer en de zijafdichtingen indien
spoellucht lekt uit de mengkamernozzle
wanneer het pistool wordt geactiveerd. Los
het probleem op alvorens het
vloeistofspruitstuk aan te koppelen.
16. Koppel het vloeistofspruitstuk (F) aan. Koppel
luchttoevoer aan. U kunt het pistool weer
gebruiken.
2a
A
TI12096a
42
313706G